Operation Manual

NL30
Gebruik een magneet om te controleren of de bodem van de pan geschikt is voor de inductiekookplaat: als de pan niet door de magneet wordt aangetrokken, is hij niet
geschikt.
- Controleer of de bodem van de pannen niet ruw is en zo krassen in het oppervlak van de kookplaat zou kunnen maken. Controleer het keukengerei.
- Zet nooit warme pannen en koekenpannen op het bedieningspaneel van de plaat. Dit zou hierdoor schade kunnen oplopen.
Indien u twee pannen tegelijkertijd gebruikt, plaats ze dan volgens de onderstaande afbeelding voor de beste resultaten:
VOORDAT U DE KOOKPLAAT IN GEBRUIK NEEMT
BELANGRIJK: als de pannen niet de vereiste afmetingen hebben, zullen de kookzones niet werken. Gebruik alleen pannen met het symbool
“INDUCTION SYSTEM” (afbeelding hiernaast). Voordat u de kookplaat inschakelt, eerst de pan op de gewenste kookzone zetten.
Bij gebruik van geschikte pannen, kunnen de kookzones niet bij een temperatuur lager dan 10 °C worden gebruikt.
REEDS AANWEZIGE PANNEN
AANBEVOLEN DIAMETER PANBODEM
AANBEVOLEN PANPOSITIE
Ø
28 cm
XL
Ø
17 cm min. 28 cm max.
Ø
21 cm
L
Ø
15 cm min. 21 cm max.
Ø
18 cm
M
Ø
14,5 cm
S
Ø
12 cm min. 18 cm max.
Ø
10 cm min. 14,5 cm max.