User manual

Beschrijving
222
2.3 Bedieningspaneel
1 Klok programmeereenheid
Voor de weergave van de actuele tijd, het
instellen van de geprogrammeerde
bereidingen en de kookwekker.
2 Temperatuurknop
Met deze knop kunt u de
bereidingstemperatuur kiezen.
Draai de knop rechtsom op de gewenste
waarde tussen de laagste en de hoogste
stand.
3 Controlelampje
Het controlelampje gaat branden om aan
te geven dat de oven wordt opgewarmd.
Het gaat uit zodra de ingestelde
temperatuur is bereikt. Het knippert
regelmatig om aan te geven dat de
ingestelde temperatuur binnen de oven
behouden blijft.
4 Functieknop
De diverse functies van de oven zijn
geschikt voor verschillende
bereidingswijzen. Kies de gewenste functie
en stel de temperatuur in met de
temperatuurknop.
5 fornuisknoppen
Voor het ontsteken en regelen van de
branders van de kookplaat.
Druk de knoppen in en draai ze linksom op
om de desbetreffende branders te
ontsteken. Regel de vlam door de knoppen
te draaien op de zone tussen de hoogste
en de laagste stand.
Draai de knoppen weer op om de
branders uit te schakelen.