User manual

Gebruiksaanwijzingen
16
3. Beschrijving van het bedieningspaneel
3.1 Het bedieningspaneel
Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser zijn
samengebracht op het bedieningspaneel aan de voorzijde. De
programmering en de keuze van de opties is uitsluitend mogelijk bij een
gesloten deur.
1
AAN/UIT KNOP EN WAARSCHUWINGSLAMP
2
OPTIES KEUZE KNOPPEN EN WAARSCHUWINGSLAMPEN
3
“KINDE SLOT” ACTIVERINGSKNOPPEN
4
CONTROLELAMPJE ONTBREKEN GLANSMIDDEL
(afhankelijk van de modellen)
5
CONTROLELAMPJE ZOUT BIJVULLEN
(afhankelijk van de modellen)
6
PROGRAMMA KEUZE KNOPPEN
7
START/PAUZE KNOP
8
CONTROLELAMPJE PROGRAMMA
9
HANDVAT VOOR HET OPENEN VAN DE DEUR
N.B.: de in de handleiding afgebeelde displays dienen uitsluitend ter
indicatie en de programmasymbolen en –opties kunnen afwijken,
afhankelijk van het aangeschafte model.