Operation Manual

Instructies Voor de Gebruiker
144
7 GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
Alvorens de branders in te schakelen dient te worden gecontroleerd of
de vlamverdelers, de kapjes en de rooster op de juiste manier zijn
gemonteerd. In de snelbrander moet de nis A samenvallen met de pen
B. Het bijgeleverde rooster C moet worden gebruikt voor de wok
(Chinese pan). De reductie D wordt alleen geleverd bij de modellen met
open roosters en moet worden gebruikt voor kleine pannen.
7.1 Ontsteking van de branders
De gaspitten zijn voorzien van elektronische ontsteking. Het is
voldoende om de draaiknop tegen de klok in op het symbool van
minimale vlam te draaien en in te drukken, totdat het gaspit
aangestoken is. Bij de met een veiligheidsklep uitgeruste modellen
moet u de knop eerst op het ontstekingssymbool
zetten om de vlam
te ontsteken en hem vervolgens nog ongeveer 2 seconden lang
ingedrukt houden zodat de vlam blijft branden en de beveiliging wordt
ingeschakeld. Mocht de vlam van een brander uitgaan zodra de knop
losgelaten wordt, dan moet de handeling opnieuw verricht worden en
de knop dient langer ingedrukt gehouden te worden.
In de modellen die van beveiligingskleppen voorzien zijn zal, in het
geval dat de branders per ongeluk uit gaan, na een pause van ca. 20
seconden het automatische beveiligingssysteem het doorlaten van het
gas blokkeren, zelfs als de kraan open staat.
7.2 Praktische wenken voor het gebruik van de branders
Voor een beter rendement van de branders en een
minimaal gasverbruik moeten er pannen met een
vlakke, regelmatige bodem worden gebruikt en met een
deksel, met de juiste afmeting ten opzichte van de
brander (zie paragraaf “7.3 Diameter van de pannen”).
Vermijd tijdens het koken brandwonden of
beschadiging van het werkblad door alle schalen of
(grill)pannen binnen de omtrek van de kookplaat te
houden met een minimum afstand van 3-4 cm tot de
knoppen.