User manual

Gebruik
211
NL
Inschakeling van de bereidingszone
Nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld:
1. Selecteer de te activeren bereidingszone
met de daarvoor bestemde zone
selectietoetsen ( bijv. bereidingszone
rechts achteraan).
2. Met de toetsen en kan het
vermogen van 1 tot 9 geselecteerd
worden, of kan de powerfunctie
geactiveerd worden, zie „ Powerfunctie”.
Uitschakeling van de bereidingszone
1. Selecteer de uit te schakelen
bereidingszone met de daarvoor
bestemde zone selectietoetsen.
2. Stel met behulp van de toets het
vermogen weer in op 0 (nul).
Restwarmte
Als de kookzone na uitschakeling nog
warm is, wordt het symbool op het
display weergegeven.
Als de temperatuur 60°C of minder
bedraagt, verdwijnt het symbool.
Powerfunctie
Nadat u de desbetreffende zone hebt
ingeschakeld:
1. Bereik vermogen 9 door op de toets
te drukken.
2. Druk opnieuw op toets , op het
display wordt het symbool
weergegeven.
Druk op de toets om de functie Power
te deactiveren.
Als u alle zones tegelijkertijd wilt
uitschakelen, houd dan de toets
On/Off minstens 2 seconden
ingedrukt.
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
Let goed op voor kinderen omdat ze de
aanduiding van de restwarmte
waarschijnlijk niet kunnen zien. De
kookzones blijven na gebruik voor een
bepaalde periode zeer warm, ook al
zijn ze uitgeschakeld. Houd kinderen
dus uit de buurt, zodat ze hun handen
niet verbranden.
Met deze functie kan het maximum
leverbare vermogen van de
bereidingszone gebruikt worden.
Enkel voor de bereidingszones
vooraan links en achteraan
rechts: De functie Power blijft
maximum 10 minuten actief; na
deze tijdsduur wordt het vermogen
automatisch op niveau 9 gesteld.