User manual
Installatie
220
1 Evacuatie door middel van een afzuigkap
2 Evacuatie zonder afzuigkap
A Evacuatie in enkel rookkanaal met
natuurlijke trek
B Evacuatie in enkel rookkanaal met
elektrische ventilator
C Evacuatie rechtstreeks in de atmosfeer
met elektrische ventilator op de wand of in
de ruit
D Evacuatie rechtstreeks in de atmosfeer via
de wand
Lucht
Verbrandingsproducten
Elektrische ventilator
5.2 Aanpassing aan de verschillende
gastypes
Wanneer andere gastypes worden
gebruikt, moeten de gasmondstukken op
de branders vervangen worden en moet de
lage vlam op de gaskranen geregeld
worden.
Vervanging van de gasmondstukken
1. Verwijder de roosters, de deksels en de
vlamverdelers om de branderdoppen te
bereiken.
2. Vervang de gasmondstukken met behulp
van een pijpsleutel van 7 mm op basis
van het gebruikte gas (raadpleeg
Verkeerde installatie
Gevaar voor storingen
• Maak bij de aanpassing aan het
Stadsgas G110 – 8 mbar (categorie
1a) geen gebruik van de geleverde
branders, maar bestel de kit G110-
branders bij de Technische assistentie.