Operation Manual
Aanwijzingen voor de gebruiker
133
13.REINIGING EN ONDERHOUD
Vóór elke handeling moet de stroomtoevoer van het toestel uitgeschakeld worden.
Gebruik geen dampstraal om het toestel te reinigen.
13.1 Het reinigen van roestvrij staal
Voor een goede bewaring van het roestvrij staal moet u het regelmatig na elk gebruik van het fornuis
reinigen, nadat het afgekoeld is.
13.2 Gewone dagelijkse reiniging
Gebruik voor het reinigen en bewaren van de roestvrije stalen oppervlakken steeds en uitsluitend
specifieke producten, die geen schurende of zure stoffen op chloorbasis bevatten.
Gebruiksaanwijzing: giet het product op een vochtige doek en reinig hiermee het oppervlak, spoel
grondig, en droog met een zacht doek of met een zeemvel.
13.3 Voedselvlekken of -resten
Gebruik absoluut geen metalen sponzen of scherpe krabbers, zodat de oppervlakken niet
worden beschadigd.
Gebruik normale en niet-schurende producten voor staal, en eventueel houten of plastic
materiaal. Spoel zorgvuldig, en droog met een zachte doek of met een zeemvel. Vermijdt om
etensresten op suikerbasis (bv. jam) te laten opdrogen in de oven. Wanneer het te lang
opdroogt, kan het email in de oven beschadigd worden.
13.4 Reiniging van de oven
Om de oven in goede staat te houden, moet hij na afkoeling regelmatig gereinigd worden.
Verwijder alle verwijderbare delen.
• Reinig de ovenroosters met warm water en
niet-schurende reinigingsmiddelen; spoel en
droog ze daarna.
• Om de reiniging van de oven te
vergemakkelijken, kan u de ovendeur
verwijderen (raadpleeg de paragraaf “14.2
Demontage van de deur”).
Er wordt aangeraden om de oven voor ongeveer 15/20 minuten maximaal te verwarmen nadat
specifieke producten gebruikt werden om de afgezette resten in de oven te elimineren.
13.5 Reiniging van de ruiten van de deur
Er wordt aangeraden om deze steeds goed rein te houden. Gebruik absorberend keukenpapier; bij
hardnekkig vuil moet u ze reinigen met een vochtige spons en een gewoon reinigingsmiddel.
Tijdens het reinigen moet u het toestel zorgvuldig drogen om te voorkomen dat waterdruppels en het
reinigingsmiddel de correcte werking en het uitzicht schaden.
Gebruik voor het reinigen van de ruiten geen schurende of bijtende reinigingsmiddelen (bijv. poeders,
ovensprays, ontvlekkingsmiddelen en metalen sponsjes). Gebruik voor het reinigen van de ruiten van de
oven geen ruwe of schurende materialen of scherpe metalen krabbers, die het glas zouden kunnen
krassen en versplinteren.