Inhoud 1. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID EN HET GEBRUIK _ 56 2. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT ________________________ 58 3. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSORGANEN______________ 61 4. KOOKPLAAT ___________________________________________ 67 5. GEBRUIK VAN DE OVEN _________________________________ 69 6. BESCHIKBARE ACCESSOIRES ____________________________ 70 7. AANBEVELINGEN VOOR HET KOKEN ______________________ 71 8. REINIGING EN ONDERHOUD _____________________________ 77 9.
Presentatie 1. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID EN HET GEBRUIK DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND ONDERDEEL VAN HET APPARAAT. HIJ MOET GEDURENDE DE VOLLEDIGE LEVENSDUUR VAN HET FORNUIS INTACT EN BINNEN BEREIK WORDEN BEWAARD. WIJ BEVELEN AAN OM DEZE HANDLEIDING EN ALLE ERIN OPGENOMEN AANWIJZINGEN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN ALVORENS HET FORNUIS IN GEBRUIK TE NEMEN. DE INSTALLATIE ZAL MOETEN WORDEN UITGEVOERD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL EN IN OVEREENSTEMMING MET DE GELDENDE NORMEN.
Presentatie ZET NOOIT ONTVLAMBARE VOORWERPEN IN DE OVEN: EEN ONVERWACHTE ONTSTEKING ERVAN ZOU TOT BRAND KUNNEN LEIDEN. HET TYPEPLAATJE MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET SERIENUMMER EN DE MERKING IS ZICHTBAAR IN DE OPBERGLADE AANGEBRACHT. HET PLAATJE MAG NOOIT WORDEN VERWIJDERD. DIT APPARAAT MAG NIET OP EEN VERHOOGD PLATFORM WORDEN GEMONTEERD. TIJDENS HET GEBRUIK WORDT HET APPARAAT ZEER HEET. LET ERVOOR OP DAT U DE WARMTE-ELEMENTEN IN DE OVEN NIET AANRAAKT.
Instructies voor de installateur 2. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT Het aansluiten van Smeg apparatuur. Alle Smeg apparaten die Smeg Nederland verkoopt moeten op 220-240 volt worden aangesloten. Geen van de apparaten mag op 380 volt worden aangesloten. Dit in tegenstelling van wat er in de diverse gebruiksaanwijzingen staat. Apparaten die op 380 volt worden aangesloten kunnen beschadigd raken. De spanning bij 380 volt installaties noemt men krachtstoom.
Instructies voor de installateur Op een gemakkelijk bereikbare plaats in de nabijheid van het apparaat moet u op de voedingslijn ervan een meerpolige scheidingsinrichting aanbrengen met een minimale contactopening van 3 mm. Het apparaat heeft aan de achterkant een klemmenbord voor de elektrische aansluiting (zie volgende schema). Dit is toegankelijk vanuit het carter aan de achterkant.
Instructies voor de installateur Werking op 380-415V3N~ of 220240V3N∼: gebruik een vijfpolige kabel van het type H05RR-F (kabel van 5 x 2,5 mm2). Werking op 380-415V2N~ of 220240V2N∼: gebruik een vierpolige kabel van het type H05RR-F (kabel van 4 x 4 mm2). Werking op 220-240V~: gebruik een driepolige kabel van het type H05RR-F (kabel van 3 x 6mm2). Bij het uiteinde dat op het apparaat moet worden aangesloten moet de aardleiding (geel-groen) tenminste 20 mm langer zijn dan de andere leidingen.
Instructies voor de gebruiker 3. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSORGANEN 3.1 het frontpaneel Alle bedieningsorganen en controle-eenheden van de keuken bevinden zich op het frontpaneel. Na een stroomonderbreking moet u, om de oven gereed te maken voor het koken, 1 / 2 seconden lang drukken op de centrale toets .
Instructies voor de gebruiker FUNCTIEKEUZEKNOP Draai de knop om uit één van de volgende functies te kiezen: GEEN FUNCTIE INGESTELD BOVENSTE + ONDERSTE VERWARMINGSELEMENT BOVENSTE + ONDERSTE VERWARMINGSELEMENT + VENTILATIE GRILL-ELEMENT ONDERSTE VERWARMINGSELEMENT + VENTILATIE ONDERSTE VERWARMINGSELEMENT + GEVENTILEERD VERWARMINGSELEMENT GEVENTILEERD VERWARMINGSELEMENT + VENTILATIE ONTDOOIEN GRILL-ELEMENT + VENTILATIE BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT Normaal verwarmen De cirkel bij iedere knop geeft de kookpos
Instructies voor de gebruiker 3.2 Analoge elektronische klok (alleen op sommige modellen) LIJST VAN FUNCTIES DRUKKNOP KOOKWEKKER DRUKKNOP EINDE KOOKTIJD INSTELLING JUISTE TIJD EN RESET DRUKKNOP AFNAME WAARDE DRUKKNOP TOENAME WAARDE 3.2.1 Instellen van de juiste tijd Bij de eerste ingebruikneming van de oven of na een stroomonderbreking, zal de display met regelmatige onderbrekingen knipperen.
Instructies voor de gebruiker 3.2.2 Kookwekker - Deze functie zal het koken niet onderbreken maar alleen de werking van het alarmsignaal stoppen. Wanneer u de toets indrukt wordt de display verlicht die eruit zal zien als in figuur 1; - Nu moet u binnen 6/7 seconden de toetsen of indrukken om de timer van de kookwekker in te stellen. Bij iedere keer drukken zal 1 extern segment, wat overeenstemt met 1 kookminuut, oplichten of uitgaan. (in figuur 2 ziet u 10 kookminuten weergegeven).
Instructies voor de gebruiker 3.2.3 Programmering indrukt kunt u de duur van de Duur kooktijd: wanneer u de 2° knop kooktijd instellen. Vóór het instellen moet u de thermostaatknop op de voor het koken gewenste temperatuur draaien en de functiekeuzeknop in een willekeurige stand zetten. Om de duur van de kooktijd in te stellen moet u als volgt te werk gaan: Druk 1 / 2 seconde lang op toets ; de wijzer zal op stand 12 gaan staan (Fig. 1). Met behulp van de toetsen en kunt u de duur van de kooktijd instellen.
Instructies voor de gebruiker Begin kooktijd: afgezien van de duur van de kooktijd, kunt u ook de starttijd van het koken instellen (met een maximaal uitstel van 12 uur ten opzichte van de juiste tijd). Om het begin-/eindtijdstip in te stellen moet u als volgt te werk gaan. - Stel de duur van de kooktijd in zoals beschreven in de vorige paragraaf. of moet u de - 6/7 Seconden na de laatste keer indrukken van de toetsen toets wederom indrukken op het tijdstip voor het begin van het koken in te stellen.
Instructies voor de gebruiker 4. KOOKPLAAT 4.1 Kookzones Het apparaat heeft 5 kookzones met verschillende diameters en vermogens. Hun positie wordt duidelijk aangegeven door cirkels en de warmte beperkt zich tot de op het glas aangegeven diameters. De 4 kookzones zijn van het type HIGH-LIGHT en ze zullen na enkele seconden gaan branden terwijl de warmte ervan kan worden geregeld met de knop op het frontpaneel, van een minimum van 1 tot een maximum van 9.
Instructies voor de gebruiker Let ervoor op dat u tijdens het koken geen suiker of zoete mengsels op de kookplaat morst of er materialen op legt die zouden kunnen smelten (plastic of aluminiumfolie); indien dit mocht gebeuren, dan moet u, om de staat van het oppervlak niet te beschadigen, de verwarming uitschakelen en de plaat met de bijgevoegde spatel schoonmaken zolang de plaat nog lauwwarm is.
Instructies voor de gebruiker 5. GEBRUIK VAN DE OVEN 5.1 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen Bij de eerste ingebruikneming van de oven moet u hem net zolang op de maximumtemperatuur (250°C) verhitten tot de eventuele olieachtige resten van het fabricageproces, die kwalijke luchten op het voedsel zouden kunnen overbrengen, zijn verbrand. na een stroomonderbreking moet u, om de oven gereed te maken voor het koken, 1 / 2 seconden lang drukken op de centrale toets .
Instructies voor de gebruiker 6. BESCHIKBARE ACCESSOIRES De oven heeft 4 geleiderails om de ovenschalen en roosters op verschillende hoogten op te kunnen plaatsen. Ovenrooster: voor het koken van voedsel in schalen, kleine taarten, braadstukken of voedsel dat licht moet worden geroosterd. Rooster voor ovenschaal: om bovenop een ovenschaal te zetten voor het bereiden van voedsel dat kan lekken. Ovenschaal: nuttig voor het opvangen van het vet dat van het voedsel op het erop geplaatste rooster druipt.
Instructies voor de gebruiker 7. AANBEVELINGEN VOOR HET KOKEN Voor de voorverwarming raden wij altijd de geventileerde functie en een temperatuur van 30/40°C boven de kooktemperatuur aan. Hiermee kunt u de kooktijden en het energieverbruik aanzienlijk verminderen en zullen de kookresultaten beter zijn. Tijdens het koken moet de ovendeur gesloten blijven. 7.
Instructies voor de gebruiker 7.2 Koken met warme lucht FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR THERMOSTAAT NAAR WENS TUSSEN 50 - 250°C Dit systeem is geschikt voor het koken op meerdere niveaus, ook van voedsel van geheel verschillende aard (vis, vlees, enz.) zonder dat de smaak of geur op elkaar overslaan. De circulatie van de lucht in de oven garandeert een gelijkmatige verspreiding van de hitte Voorverwarming is niet nodig.
Instructies voor de gebruiker 7.4 Ontdooien FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR THERMOSTAAT IN DE STAND 0 Uitsluitend de verplaatsing van de lucht door de ventilator zal voor een snellere ontdooiing van het voedsel zorgen. De in de oven circulerende lucht is op omgevingstemperatuur. Het ontdooien op omgevingstemperatuur heeft als voordeel dat de smaak en het aanzien van het voedsel er niet door worden veranderd. 7.
Instructies voor de gebruiker 7.6 Koken met het draaispit FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR THERMOSTAAT NAAR WENS TUSSEN 50 250°C THERMOSTAAT NAAR WENS TUSSEN 50 230°C VARIABELE GRILL NAAR KEUZE TUSSEN MIN. EN MAX. Wij raden aan om hem te gebruiken voor kleine stukken vlees Maak de spies van het draaispit klaar met het voedsel en blokkeer de schroeven A van de vorken. Steek het frame B in de derde geleiderail van onderen. Verwijder de handgreep D en zet het draaispit zo dat de schijf E op het frame B geleid blijft.
Instructies voor de gebruiker 7.7 Aanbevolen kooktabellen De kooktijden, en vooral die van het vlees, zullen variëren afhankelijk van de dikte en de kwaliteit van het voedsel en de persoonlijke smaak en verwijzen naar een voorverwarmde oven.
Instructies voor de gebruiker KOKEN MET WARME LUCHT VOORGERECHTEN LASAGNE MACARONI UIT DE OVEN CREOOLSE RIJST VLEES KALFSGEBRAAD GEBRADEN VARKENSVLEES GEBRADEN RUNDVLEES RUNDFILET LAMSGEBRAAD ROAST-BEEF GEBRADEN KIP GEBRADEN EEND GEBRADEN KALKOEN GEBRADEN KONIJN GEBRADEN HAAS GEBRADEN DUIF VIS PIZZA GEBAK KRANSVORMIG GEBAK VRUCHTENTAART PAN DI SPAGNA CROISSANTS STRUDEL LANGEVINGERPUDDING BROOD TOAST 76 STAND GELEIDERAIL VAN ONDEREN TEMPERATUUR (C°) TIJD IN MINUTEN 2 2 2 190 - 210 190 - 210 190 - 220
Instructies voor de gebruiker 8. REINIGING EN ONDERHOUD Gebruik geen stoomstraal om het apparaat mee schoon te maken. 8.1 Reiniging van de glaskeramische plaat Vóór alle werkzaamheden moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen. De glaskeramische plaat moet regelmatig worden gereinigd, bij voorkeur na ieder gebruik, nadat de restwarmtelampjes zijn gedoofd.
Instructies voor de gebruiker 8.2.2 Voedselvlekken of -resten Het gebruik van metalen schuursponsjes en scherpe spatels moet worden vermeden om de oppervlakken niet te beschadigen. Gebruik de normale, niet schurende producten, voor staal en eventueel houten of plastic gerei. Spoel het goed af en droog het af met een zachte doek of een zeem. Zorg ervoor dat in de oven geen suikerhoudende voedselresten opdrogen (bijv. jam).
Instructies voor de gebruiker 8.3.1 Zelfreinigende panelen De oven is uitgerust met panelen met constant zelfreinigend email. Dergelijke panelen vereenvoudigen het schoonmaken van de oven en zorgen ervoor dat hij altijd efficiënt blijft. 8.3.
Instructies voor de gebruiker 9. BUITENGEWOON ONDERHOUD Van tijd tot tijd moeten er kleine onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd op de oven of moeten aan slijtage onderhavige onderdelen zoals pakkingen, lampen, enz. worden vervangen. Onderstaand vindt u de specifieke instructies voor alle werkzaamheden van dit type. Vóór alle werkzaamheden moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen. 9.
Instructies voor de gebruiker 9.2 Demontage van de deur Open de deur helemaal en steek de (meegeleverde) pinnen in de gaten aan de binnenkant. Sluit de deur in een hoek van ongeveer 45°, til hem op en trek hem uit diens zetel. Om hem weer terug te plaatsen moet u de scharnieren in de daarvoor bestemde gleuven steken en de deur laten zakken tot hij op de onderkant steunt en de schroevendraaiers verwijderen. 9.3 Pakking ovendeur Om de deur goed te kunnen schoonmaken kan de deurpakking worden verwijderd.
914772744/ C