Operation Manual

3. Voer de PIN in + 15 + PARM om het koppelproces te
starten. De DISARM LED begint 30 seconden te knipperen
en laat een pieptoon horen.
4. Zet binnen 30 seconden het apparaat in de koppelmodus
met behulp van de leer-toets/sabotage-toets. Zie de
handleiding van het apparaat voor details.
Haal de RFID tags eenvoudig langs de voorkant van het
alarmpaneel in het deel boven de sirene.
5. Als een apparaat met succes is toegevoegd, gaat de
DISARM LED gedurende 1 seconde branden, samen met
een lange pieptoon.
6. Als het koppelen mislukt, wordt het na 30 seconden
afgebroken en hoort u 3 korte pieptonen.
7. Om het koppelproces te verlaten drukt u op de DISARM
toets
11-3 Verwijderen van een sensor of apparaat
Volg de stappen in bijlage A om een sensor of andere
apparaten te verwijderen van het koppelgeheugen van het
alarmpaneel. Sensors /sleutelhanger/RFID tags genummerd
van 1-9, kunt u rechtstreeks vanaf het toetsenbord selecteren.
Opmerking: Het alarmpaneel dient uitgeschakeld te zijn.
12. Functies van de sneltoetsen
Onderstaande tabel is een samenvatting van sneltoetsen op
het toetsenblok van het alarmpaneel.
Functie Bediening Uitleg
Snelkiezen TEL_1
ingedrukt
Snelkiezen telefoonnummer
ingesteld als 1
Speed Dial TEL_2
ingedrukt
Snelkiezen telefoonnummer
ingesteld als 2
Speed Dial TEL_3
ingedrukt
Snelkiezen telefoonnummer
ingesteld als 3
Speed Dial TEL_4
ingedrukt
Snelkiezen telefoonnummer
ingesteld als 4
Speed Dial TEL_5
Houd 5
ingedrukt
Snelkiezen telefoonnummer
ingesteld als 5
PANIEK
Houd 9
ingedrukt
Een hulpoproep alarm
aanmaken
Alarmbericht
afspelen
Houd Record
ingedrukt
Testweergave van het door de
gebruiker opgenomen
alarmbericht
Alle gebieden
alarmmodus
(enkele toets)
Houd de Arm
toets ingedrukt
U mag deze modus alleen
gebruiken wanneer het
systeem uitgeschakeld is
Gedeeltelijke
gebieden
alarmmodus
(enkele toets)
Houd de
Partial Arm
toets ingedrukt
U mag deze modus alleen
gebruiken wanneer het
systeem uitgeschakeld is