Operation Manual

Leerzaam 47
Boordinstrumenten
n) Controlelampje oliedruk
Brandt:
als de ontsteking is ingeschakeld.
> Het lampje gaat uit als de motor is
gestart en er voldoende oliedruk is.
Hier moet u op letten!
Wanneer het controlelampje uit gaat
voordat de motor wordt gestart, werkt
het lampje niet.
쮿 Controleer het oliepeil.
쮿 Ga naar een gekwalificeerde
werkplaats, bijv. een smart center.
Controlelampje oliedruk
Wanneer het controlelampje tijdens de
rit gaat branden:
쮿 Zet uw auto onmiddellijk veilig voor
het overige verkeer neer.
쮿 Beveilig uw auto tegen wegrollen,
wanneer u deze verlaat.
쮿 Rij niet verder.
쮿 Bel een reparatiedienst, bijv.
smartmove Assistance of een smart
center.
>Belangrijk!
Wanneer u verder rijdt of de motor laat
draaien, hoewel het controlelampje
brandt, kan dit tot aanzienlijke schade
aan de motor leiden.
o) Controlelampje MotorCheck
Brandt:
als de ontsteking is ingeschakeld.
> Het controlelampje gaat uit als de
motor draait.
Wanneer het controlelampje tijdens de
rit gaat branden:
쮿 Ga naar een gekwalificeerde werk
plaats, bijv. een smart center.