Operation Manual

11
GrondslagenVoertuig
1.9.1 Zijstandaards en achtervorkstandaards
1. Om de zijstandaard in het midden of de achtervorkstandaard naar beneden
te klappen, houdt u het voertuig vast.
2. Klap de zijstandaard of achtervorkstandaard met de voet naar beneden.
3. Zet het voertuig neer op de zijstandaard of achtervorkstandaard.
4. Zorg ervoor, vooraleer u het voertuig loslaat, dat het voertuig stevig op de
zijstandaard of achtervorkstandaard staat en niet kan omvallen.
x Om de zijstandaard of achtervorkstandaard opnieuw omhoog te klappen, ontlast
u de zijstandaard of achtervorkstandaard en klapt u hem met de voet naar boven.
1.9.2 Tweebenige standaard
1. Om de tweebenige standaard in het midden naar beneden te klappen, houdt
u het voertuig vast.
2. Klap de tweebenige standaard met de voet naar beneden.
3. Fixeer de tweebenige standaard met de voet.
4. Schuif het voertuig naar achteren zodat het voertuig op de tweebenige standaard
staat.
5. Zorg ervoor, vooraleer u het voertuig loslaat, dat het voertuig stevig op de
tweebenige standaard staat en niet kan omvallen.
x Om de tweebenige standaard omhoog te klappen, schuift u het voertuig naar
voren. De tweebenige standaard klapt door de beweging omhoog.
x Zorg er voor de fietsrit voor dat de standaard volledig naar boven is geklapt en niet
over de grond sleept.
1.10 Aero-stuur bij racefietsen
WAARSCHUWING
Verlengde remweg door een grotere afstand tot de remarmen.
Risico op ongevallen!
x Leer omgaan met het aero-stuur en hoe u de remarmen moet
vastgrijpen.
x Rijd bijzonder vooruitziend als u het aero-stuur gebruikt.