Operation Manual

Motor monitoring Hoofdstuk 8-7
Linker accu bron - gebruik +/- toets om te schakelen tussen de
aangesloten accu’s.
Rechter accu bron - gebruik +/- toets om te schakelen tussen de
aangesloten accu’s.
Linker dynamo voltage bereik, standaard is 10 – 15 Volt. Selecteer-
baar in stappen van 10-15, 20-30 of 26-41 Volt (gebruik +/- toetsen).
Rechter dynamo voltage bereik, standaard is 10 – 15 Volt. Selecteer-
baar in stappen van 10-15, 20-30 of 26-41 Volt (gebruik +/- toetsen).
Linker accu voltage bereik, standaard is 10 – 15 Volt. Selecteerbaar
in stappen van 10-15, 20-30 of 26-41 Volt (gebruik +/- toetsen).
Linker accu stroom bereik, standaard is 60 Amp. Selecteerbaar in
stappen van 10 tot 1000 Amp (gebruik +/- toetsen).
Rechter accu voltage bereik, standaard is 10 – 15 Volt. Selecteer-
baar in stappen van 10-15, 20-30 of 26-41 Volt (gebruik +/- toetsen).
Rechter accu stroom bereik, standaard is 60 Amp. Selecteerbaar in
stappen van 10 tot 1000 Amp (gebruik +/- toetsen).
ENT
Bevestig de invoer of verlaat met [MENU] het menu zonder veran-
deringen
8.4 Tweede set motor monitoring schermen
De menu punten 4, 5 en 6 zijn een tweede set schermen welke alleen
zichtbaar zullen zijn als het systeem meer dan 2 motoren aanboord
heeft gedetecteerd.
MENU
Roept de menu balk op en...
6,4
Laad het 2e Motor status scherm
- zie sectie 8.1.
MENU
Roept de menu balk op en...
6,5
Laad het 2e Brandstof en transmissie scherm op
- zie sectie 8.2.
MENU
Roept de menu balk op en...
6,6
Laad het 2e Accu status scherm
- zie sectie 8.3.