Operation Manual

14 | Bediening
Controle van de besturing prestatie
Bij functioneren in een automatische mode gebruikt de
AP28 twee verschillende sets besturing parameters
(HI/LO). Deze parameters regelen de respons van het
schip bij uiteenlopende snelheden of windrichtingen. De
twee parameters kunnen automatisch of handmatig
worden geselecteerd en elke set kan handmatig worden
bijgesteld (respons bijstellen).
De snelheid waarbij de autopilot automatisch van LO naar
HI parameters (of omgekeerd) verandert wordt bepaald
door de Overgang HI-LO zoals ingesteld in het
Installatie/Ingebruikneming/Vaarproef menu, pagina
85.
Zie diagram op volgende pagina.
Zonder snelheid invoer kiest de autopilot automatisch de
LO besturing parameters indien vanaf STBY een
automatische mode wordt ingeschakeld. Dit is een
veiligheidsvoorziening om oversturen te voorkomen.
26
24
22
20
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
L
O
r
e
s
p
o
ns
e
p
a
r
a
m
e
t
e
r
s
H
I
r
es
p
ons
e
par
a
m
e
t
er
s
Transitie snelheid ingesteld op 9 knopen
Transitie naar LO parameters
bij toenemende snelheid: 10 knopen
Transitie ingesteld op HI parameters
bij afnemende snelheid: 8 knopen
Snelheid
Display legende
HI-A Hoge respons parameters automatisch ingesteld
LO-A Lage respons parameters automatisch ingesteld
HI-M Hoge respons parameters handmatig ingesteld
LO-M Lage respons parameter handmatig ingesteld