Operation Manual
73
SFS 110 A1
NL
BE
OPMERKING
► De zakopening moet glad op de sealdraad 4 liggen. Anders werkt het
sealen niet correct.
4) Sluit het deksel van het apparaat 1. De persafdichting 0 perst de zak op
de sealdraad 4, zodat er een gladde naad ontstaat. Let erop dat beide
hoeken van het apparaatdeksel 1 vastklikken. Druk ze zo nodig nog een
keer op de markeringen
en
omlaag, zodat het apparaatdeksel 1
vastklikt en vergrendeld is.
5) Druk op de toets
w. Het rode indicatielampje q gaat branden.
Zodra het sealen is voltooid, dooft het rode indicatielampje q.
OPMERKING
► U kunt het sealen op elk gewenst moment afbreken door op de toets
e
te drukken. Het rode indicatielampje q dooft.
LET OP - MATERIËLE SCHADE
Wanneer het rode indicatielampje q na hooguit 10 seconden
niet uitgaat, is het apparaat defect!
► Haal onmiddellijk de stekker uit het stopcontact. Probeer niet het apparaat
z
elf te repareren. Neem contact op met de klantenservice.
6) Open het apparaatdeksel 1 en haal de zak uit het apparaat. Deze is nu
aan één uiteinde geseald.
OPMERKING
► Controleer of de sealnaad correct is. Een correcte sealnaad moet een
gladde, rechte strip zonder vouwen zijn.
7) Vul de zak. Aan de te sealen kant moet minstens 6 cm van de zak worden
vrijgelaten.
LET OP - MATERIËLE SCHADE
► Vul de zak zo, dat er tijdens het sealen in geen geval levensmiddelen of
vloeistoff en uit de zak kunnen lopen en in het apparaat kunnen komen.
8) Wanneer u de zak niet wilt vacuüm trekken, sealt u nu de andere, open kant.