Operation Manual
SF 0103
13
2. De achterrem behoort altijd te worden gecontroleerd en wordt als
volgt afgesteld:
Methode 1 Stel de afstelschroef op de rechtse remhendel zo af dat
het achterwiel geremd wordt als de remhendel voor de helft wordt
ingeknepen. Zet nu de vergrendelmoer vast.
Methode 2
Verstel de afstelschroef op de achterrem.
Methode 3
Draai de staaldraad bevestiging los op de beugel en zet
de staaldraad losser of vaster.
Let op:
Remmen dienen vaak op goede werking
gecontroleerd te worden. Vergroot eventueel de
remblokafstand bij glad weer.
staaldraad
bevestiging
stelschroef
SF 0103
14
Afstellen van de versnellingen:
De bedoeling van een juiste versnelling afstelling is dat alle
versnellingen gebruikt kunnen worden. Verdraai de afstelschroef zo
dat zowel de laagste als de hoogste versnelling gebruikt kunnen
worden zonder ratelend geluid.
afstelschroef
Wielen vastzetten:
Het wiel dient met het juiste moment vast gezet te worden.
• Voorwiel: Aanbevolen moment om de voorwielmoeren vast
te zetten bedraagt 25 Nm.
• Achterwiel: Aanbevolen moment om de achterwielmoeren
vast te zetten bedraagt 30Nm.