Operating Instructions

Table Of Contents
55 / 112
Siemens Synco™ living CE1B2740nl
Building Technologies Woningcentrale QAX9x3 11.05.2011
Hoofdmenu > Ventilatie > Vochtbegrenzing > Gew.waarde trap:
Uit Ventilatie uit.
Trap 1 Ventilatie aan trap 1 (fabrieksinstelling).
Trap 2 Ventilatie aan trap 2.
Trap 3 Ventilatie aan trap 3.
Vocht grenswaarde
Instelling van de gewenste vochtbegrenzingswaarde (1..99% r.h.).
Hoofdmenu > Ventilatie > Vochtbegrenzing > Vocht grenswaarde:
Fabrieksinstelling 85% r.h.
Zomernachtventilatie
Wanneer er koelvraag is, kan de ventilatie niet in gebruik zijnde ruimten (bv. ‘s
nachts) voorkoelen. Dit spaart koelenergie tijdens normaal bedrijf.
Wanneer de zomernachtventilatie actief is, kan de WTW bypass van de
ventilatie unit worden geactiveerd.
Nachtventilatie heeft een buitentemperatuur opnemer nodig en een
ruimtetemperatuur opnemer in de gewenste referentieruimte. De
referentieruimte moet worden ingesteld.
De buitenluchtklep van de ventilatie installatie moet open zijn als de
zomernachtventilatie actief is.
Voor zomernachtventilatie moet aan verschillende voorwaarden tegelijkertijd
worden voldaan:
De verwarming moet in zomerbedrijf zijn.
De woningbedrijfswijze moet Auto zijn en het klokprogramma in Economy
(afwezigheid).
Een referentieruimte moet zijn ingesteld.
De referentieruimtetemperatuur moet min 1K boven de Comfort verwarming
instelling liggen.
De buitenluchttemperatuur moet met de ingestelde waarde onder de
referentieruimtetemperatuur liggen.
De buitenluchttemperatuur mag niet onder de ingestelde buiten-
temperatuurgrens liggen.
De tijd tot de volgende reguliere inschakeling van de ventilatie (volgens
klokprogramma / vakantieprogramma / uitzonderingsdag) moet korter zijn
dan de ingestelde max. voorventilatietijd.
Zomernachtventilatie eindigt wanneer niet meer aan één van de vrijgave-
criteria wordt voldaan of wanneer de Comfort verwarming instelling is bereikt.