Operation Manual
Table Of Contents
- Inbouwoven
- Inhoudsopgave
- nl Gebruiksaanwijzing
- Algemeen 5
- Magnetron 6
- Algemeen 7
- Magnetron 8
- Energiebesparing 8
- Milieuvriendelijk afvoeren 8
- Bedieningspaneel 9
- Bedieningselementen 9
- Display 9
- Functiekeuze-menu 10
- Verwarmingsmethoden 10
- Meer informatie 11
- Functies voor de binnenruimte 11
- Meegeleverde toebehoren 11
- Toebehoren inschuiven 12
- Extra toebehoren 12
- Eerste gebruik 13
- Binnenruimte en toebehoren reinigen 13
- Apparaat in- en uitschakelen 14
- Werking starten of onderbreken 14
- Functie instellen 14
- Verwarmingsmethode en temperatuur instellen 14
- Snel voorverwarmen 15
- Kookwekker 15
- Tijdsduur 16
- Eindtijd 16
- Activeren en deactiveren 17
- Instellingen veranderen 17
- Lijst met instellingen 17
- Tijd wijzigen 17
- Vormen 18
- Magnetronvermogen 18
- Magnetron in combinatie met een verwarmings- methode instellen. 18
- Magnetron instellen 19
- Drogen 19
- Sabbatinstelling starten 19
- Geschikte schoonmaakmiddelen 20
- Oppervlakken in de binnenruimte 21
- Apparaat schoon houden 21
- Rekjes verwijderen en bevestigen 21
- Deurafscherming afnemen 22
- Deurruiten verwijderen en inbrengen 23
- Storingentabel 24
- Maximale gebruiksduur overschreden 24
- Lampen van de binnenruimte 24
- E-nummer en FD-nummer 25
- Aanwijzingen bij de instellingen 25
- Gerecht kiezen 26
- Gerecht instellen 26
- Vormen van silicone 27
- Gebak en klein gebak 27
- Brood en broodjes 31
- Pizza, quiche en hartig gebak 32
- Ovenschotel en soufflé 34
- Gevogelte 35
- Vlees 37
- Vis 40
- Groente en bijgerechten 42
- Dessert 44
- Energie sparen met de eco-verwarmingsmethoden 45
- Acrylamide in levensmiddelen 46
- Langzaam garen 47
- Drogen 48
- Inmaken 49
- Deeg laten rijzen 50
- Ontdooien 50
- Voedingsproducten verwarmen met microgolven 52
- Warmhouden 53
- Testgerechten 53
- 8 Gebruik volgens de voorschriften
- ( Belangrijke veiligheidsvoorschriften
- Belangrijke veiligheidsvoorschriften
- Algemeen
- Risico van brand!
- Risico van verbranding!
- Kans op verbranding!
- Risico van letsel!
- Kans op een elektrische schok!
- Gevaar door magnetisme!
- Magnetron
- Risico van brand!
- Kans op explosie!
- Risico van verbranding!
- Risico van verbranding!
- Risico van letsel!
- Kans op een elektrische schok!
- Ernstig gezondheidsrisico!
- ] Oorzaken van schade
- 7 Milieubescherming
- * Het apparaat leren kennen
- Verwarmingsmethoden
- Verwarmingsmethoden
- Temperatuur
- Gebruik
- --------
- Voorgestelde waarden
- Meer informatie
- Functies voor de binnenruimte
- _ Toebehoren
- K Voor het eerste gebruik
- 1 Apparaat bedienen
- O Tijdfuncties
- A Kinderslot
- Q Basisinstellingen
- Basisinstellingen
- Instellingen veranderen
- 1. Toets on/off indrukken.
- 2. Menutoets indrukken. Het functie-menu wordt geopend.
- 3. Functie “Instellingen” kiezen. De eerste basisinstelling verschijnt en kan met de draaiknop worden veranderd.
- 4. Op de pijl ¿ tippen.
- 5. Met de draaiknop de waarden veranderen.
- 6. Met de pijl ¿ naar de volgende basisinstellingen gaan.
- 7. Om op te slaan de menutoets indrukken.. Op het display verschijnt afwijzen of opslaan.
- Lijst met instellingen
- Tijd wijzigen
- ^ De magnetron
- F Sabbatinstelling
- Sabbatinstelling
- Sabbatinstelling starten
- 1. Toets on/off indrukken. Op het display worden een verwarmingsmethode en een temperatuur voorgesteld.
- 2. De draaiknop naar links draaien en de verwarmingsmethode “Sabbatinstelling” kiezen.
- 3. Op de voorgestelde temperatuur tippen en de temperatuur met de draaiknop instellen.
- 4. Met de toets 0 het tijdfunctie-menu openen en op het veld “Tijdsduur” tippen. Er wordt 25:00 uur voorgesteld.
- 5. Met de draaiknop de gewenste tijdsduur instellen.
- 6. Starten met de toets start/stop. Het verloop van de tijdsduur is te zien in de statusregel.
- De tijdsduur is afgelopen
- De eindtijd op een later tijdstip zetten
- Sabbatinstelling afbreken
- D Schoonmaakmiddelen
- p Rekjes
- Rekjes
- Rekjes verwijderen en bevestigen
- Risico van verbranding!
- Rekjes verwijderen
- Houders inbrengen
- 1. De houders zijn aan de voor- en achterkant verschillend (Afb. !).
- 2. De houder van voren met de haak naar boven in het ronde gat steken ‚, een beetje schuin zetten, onder inbrengen en recht zetten ƒ (Afb. ").
- 3. De houder van achteren met de haak in het bovenste gat ophangen ‚ en in de onderste opening drukken ƒ (Afb. #).
- Rekjes ophangen
- q Apparaatdeur
- Apparaatdeur
- Deurafscherming afnemen
- Deurruiten verwijderen en inbrengen
- Ernstig gezondheidsrisico!
- Risico van letsel!
- Inbrengen in het apparaat
- 1. Voorste ruit onder in de houders leiden (Afb. !).
- 2. Voorste ruit sluiten tot de beide bovenste haken zich tegenover de opening bevinden (Afb. ").
- 3. Tegen de onderkant van de onderste ruit drukken tot hij hoorbaar vergrendelt (Afb. #)
- 4. Apparaatdeur weer een beetje openen en vaatdoek verwijderen.
- 5. De beide schroeven links en rechts weer vastdraaien.
- 6. De afscherming plaatsen en aandrukken tot hij hoorbaar vergrendelt (Afb. $).
- 7. Apparaatdeur sluiten.
- Attentie!
- Inbrengen in het apparaat
- 3 Wat te doen bij storingen?
- Storingentabel
- Storing
- Mogelijke oorzaak
- Aanwijzing/Oplossing
- --------
- Maximale gebruiksduur overschreden
- Lampen van de binnenruimte
- 4 Servicedienst
- P Gerechten
- Gerechten
- Aanwijzingen bij de instellingen
- Gerecht kiezen
- Gerecht instellen
- 1. Menutoets indrukken. Het functie-menu wordt geopend.
- 2. De functie “Gerechten” kiezen. Op het display verschijnt de eerste categorie.
- 3. Met de draaiknop de gewenste categorie kiezen.
- 4. Tip op het veld “Verder”.
- 5. Met de draaiknop het gerecht kiezen.
- 6. Op het veld “Verder” tippen.
- 7. Met de draaiknop het gerecht kiezen.
- Instelling is beëindigd
- Instelling afbreken
- De eindtijd op een later tijdstip zetten
- J Voor u in onze kookstudio uitgetest.
- Voor u in onze kookstudio uitgetest.
- Aanwijzing:
- Vormen van silicone
- Gebak en klein gebak
- Brood en broodjes
- Pizza, quiche en hartig gebak
- Ovenschotel en soufflé
- Gevogelte
- Vlees
- Braden en stoven
- Braden op het rooster
- Braden en stoven in een vorm
- Braden in combinatie met microgolven
- Tip:
- Attentie!
- Grillen
- Aanwijzingen
- Aanbevolen instelwaarden
- Gerecht
- Accessoires/vormen
- Inschuifhoogte
- Verwarmingsmethode
- Temperatuur in °C / grillstand
- Magnetronvermogen in watt
- Duur in min.
- Tips voor het braden, stoven en grillen
- Vis
- Groente en bijgerechten
- Dessert
- Yoghurt maken
- 1. 1 Liter melk (3,5 % vet) op de kookplaat op 90 °C verwarmen en tot 40 °C afkoelen.
- 2. Hier 150g yoghurt (koelkasttemperatuur) door roeren.
- 3. Hiermee koppen of kleine potjes vullen en afdekken met vershoudfolie.
- 4. De koppen of potjes vervolgens op de bodem van de binnenruimte zetten en bereiden zoals aangegeven.
- 5. Na de bereiding de yoghurt in de koelkast laten afkoelen.
- Pudding van puddingpoeder
- Rijstepap klaarmaken
- Compote
- Popcorn voor de magnetron
- : Waarschuwing
- Yoghurt maken
- Risico van verbranding!
- Energie sparen met de eco- verwarmingsmethoden
- Acrylamide in levensmiddelen
- Langzaam garen
- Tips voor het langzaam garen
- Drogen
- Inmaken
- Risico van letsel!
- Deeg laten rijzen
- Ontdooien
- Voedingsproducten verwarmen met microgolven
- Risico van verbranding!
- Warmhouden
- Testgerechten
- Bakken
- Aanwijzingen
- Gerecht
- Toebehoren/vormen
- Inschuifhoogte
- Verwarmingsmethode
- Temperatuur in °C
- Duur in min.
- Grillen
- Gerecht
- Toebehoren
- Inschuifhoogte
- Verwarmingsmethode
- Grillst and
- Duur in min.
- Bereiding met microgolven
- Gerecht
- Accessoires/vormen
- Inschuifhoogte
- Verwarmingsmethode
- Temperatuur in °C
- Magnetronvermogen in watt
- Duur in min.
nl Voor u in onze kookstudio uitgetest.
38
Schuif het rooster met het opschrift “Microwave” naar
de apparaatdeur en de kromming naar beneden gericht
op de aangegeven hoogte naar binnen. Plaats de
universele braadslede met de schuine kant naar de
apparaatdeur gericht op de inschuifhoogte eronder.
Braden en stoven in een vorm
Het braden en stoven in een vorm is comfortabeler. U
kunt het braadvlees met de vorm eenvoudiger uit de
binnenruimte nemen en de saus direct in de vorm
bereiden.
Gebruik alleen vormen die geschikt zijn voor de werking
oven. Controleer of de vorm in de binnenruimte past.
Glazen vormen zijn het meest geschikt. Zet hete
vormen van glas op een droge onderzetter. Is de
ondergrond nat of koud, dan kan het glas knappen.
Voeg aan mager vlees een beetje vloeistof toe. In
glazen vormen moet de bodem van de vorm ca.
^ cm
hoog bedekt zijn.
De hoeveelheid vloeistof is afhankelijk van het soort
vlees en het materiaal van de vormen en of u een
deksel gebruikt. Wanneer u vlees in geëmailleerde of
donkere braadvormen klaarmaakt, is er wat meer
vloeistof nodig dan in glazen vormen.
Tijdens het braden verdampt de vloeistof in de vorm.
Voeg zo nodig voorzichtig wat vloeistof toe.
Glanzende braadsledes van edelstaal of aluminium
reflecteren de warmte als een spiegel en zijn daardoor
niet zo geschikt. Het vlees gaart langzamer en wordt
minder bruin. Houd een hogere temperatuur en/of
langere bereidingstijd aan.
Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant van de
braadvorm.
Open vorm
Gebruik voor het braden van vlees het beste een hoge
vorm. Plaats de vorm op het rooster. Wanneer u geen
geschikte vorm heeft, gebruikt u de braadslede.
Gesloten vorm
De binnenruimte blijft bij de bereiding in een gesloten
vorm veel schoner. Let erop dat het deksel voor de pan
past en goed sluit. Plaats de vorm op het rooster.
De afstand tussen het vlees en het deksel moet
minstens 3 cm bedragen. Het vlees kan tijdens het
garen uitzetten.
Bij het openen van het deksel na het garen, kan zeer
hete stoom ontwijken. Til het deksel van achteren op,
zodat de hete stoom van het lichaam af naar buiten
gaat.
Voor het stoven, braadt u het vlees naar wens eerst
aan. Voeg er voor het braadsap water, wijn, azijn of iets
dergelijks aan toe. De bodem van de vorm dient ca 1-2
cm bedekt te zijn.
Tijdens het braden verdampt de vloeistof in de vorm.
Voeg zo nodig voorzichtig wat vloeistof toe.
Vlees kan ook in een gesloten braadslede knapperig
worden. Gebruik hiervoor een braadslede met glazen
deksel en stel een hogere temperatuur in.
Braden in combinatie met microgolven
Bepaalde voedingsproducten kunnen in combinatie met
microgolven worden bereid. Hierdoor wordt de
bereidingstijd aanzienlijk verkort.
Anders dan bij het conventionele gebruik, wordt de
gaarduur bij het braden in combinatie met microgolven
bepaald door het totale gewicht.
Tip: Bij andere hoeveelheden dan in de insteltabellen
zijn aangegeven, helpt de volgende vuistregel: bij een
dubbele hoeveelheid kan de duur bijna worden
verdubbeld.
Gebruik altijd een hitte- en magnetronbestendige vorm.
Braadvormen van metaal en een Römertopf zijn alleen
geschikt voor het braden zonder microgolven. Houd u
aan de aanwijzingen voor de magnetronbestendige
vorm. ~ "De magnetron" op pagina 18
Attentie!
Als u een braadzak gebruikt, sluit deze dan niet af met
metalen clips. Gebruik in plaats daarvan keukengaren.
Gebruik voor rollades geen metalen spiezen. Hierdoor
kan vonkvorming optreden.
Grillen
Laat de deur van het apparaat tijdens het grillen
gesloten. Nooit met een geopende apparaatdeur grillen.
Schuif het rooster met het opschrift “Microwave” naar
de apparaatdeur en de kromming naar beneden gericht
op de aangegeven hoogte naar binnen. Plaats
bovendien de universele braadslede met de schuine
kant naar de apparaatdeur ten minste één
inschuifhoogte eronder. Uitdruipend vet wordt zo
opgevangen.
Neem indien mogelijk grillstukken van ongeveer
dezelfde dikte en gewicht. Zo worden ze gelijkmatig
bruin en blijven ze lekker mals. Leg de te grillen stukken
vlees rechtstreeks op het rooster.
Keer de grillstukken met een grilltang. Wanneer u met
een vork in het vlees prikt, verliest het sap en wordt het
droog.
Zout het vlees pas na het grillen. Zout onttrekt water
aan het vlees.
Aanwijzingen
■ Het grillelement wordt steeds weer in- en
uitgeschakeld, dat is normaal. Hoe vaak dit gebeurt,
is afhankelijk van de ingestelde grillstand.
■ Bij het grillen kan rook ontstaan.
Aanbevolen instelwaarden
In de tabel vindt u voor talrijke vleesgerechten de
optimale verwarmingsmethode. Temperatuur en
tijdsduur zijn afhankelijk van de hoeveelheid, kwaliteit
en temperatuur van het levensmiddel. Daarom zijn er
instelbereiken aangegeven. Probeer het eerst met de
lagere waarden. Stel de oven indien nodig de volgende
keer hoger in.
De instelwaarden gelden voor vlees op
koelkasttemperatuur dat in de onverwarmde
binnenruimte wordt geplaatst. Zo kunt u tot 20 procent
energie sparen. De aangegeven bereidingstijden
worden enkele minuten korter wanneer u voorverwarmt.