Operation Manual

Table Of Contents
31
De kookzone uitschakelen
Selecteer de kookzone en druk vervolgens op het
symbool + of - tot
verschijnt.
Aanwijzing: Als er geen pan op de inductiekookzone geplaatst
wordt, zal de gekozen kookstand beginnen knipperen. Na het
verstrijken van een tijd gaat de kookzone uit.
Kooktabel
In onderstaande tabel ziet u enkele voorbeelden.
Gebruik de vermogensstand 9 als u begint te koken.
Kinderslot
De kookplaat kan beveiligd worden tegen ongewilde
inschakeling, om te voorkomen dat kinderen de kookzones
kunnen inschakelen.
Het kinderslot activeren en deactiveren
De kookplaat moet uitgeschakeld zijn.
Activeren: druk het symbool
@ gedurende circa 4 seconden
in. De indicator naast het symbool
@ gaat gedurende
10 seconden branden. De kookplaat blijft geblokkeerd.
Deactiveren: druk het symbool
@ gedurende circa
4 seconden in. De blokkering wordt opgeheven.
Aanwijzing: Het kinderslot kan per vergissing geactiveerd of
gedeactiveerd worden door water tijdens de reiniging, door
overgelopen voedsel, of door de aanwezigheid van voorwerpen
op het symbool
@.
Automatisch kinderslot
Met deze functie wordt het kinderslot altijd automatisch
geactiveerd wanneer u de kookplaat uitschakelt.
In- en uitschakelen
In het hoofdstuk Basisinstellingen kunt u nalezen hoe u het
automatische kinderslot inschakelt.
Vermo-
gens-
stand
Smelten
Chocolade, chocoladeglazuur, boter, honing 1-1.
Gelatine 1-1.
Verhitten en warmhouden
Maaltijdsoep (bv. linzen) 1-2
Melk** 1.-2.
Worstjes verwarmd in water** 3-4
Ontdooien en verhitten
Diepvriesspinazie 2.-3.
Diepvriesgoulash 2.-3.
Op een zacht vuurtje gaarstoven, op een zacht
vuurtje koken
Aardappelballetjes 4.-5.*
Vis 4-5*
Witte sauzen, bv. bechamel 1-2
Geklopte sauzen, bv. bearnaisesaus, Hollandse
saus
3-4
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel
Koken, stomen, smoren
Rijst (met twee keer zoveel water) 2-3
Rijstepap 1.-2.
Frites 4-5
Pasta 6-7*
Eenpansgerecht, soep 3.-4.
Groenten 2.-3.
Diepvriesgroenten 3.-4.
Koken met de snelkookpan 4.-5.
Sudderen
Rollade 4-5
Stoofschotel 4-5
Goulash 3.-4.
Braden / Frituren met een beetje olie**
Filets, koteletten (natuur of gepaneerd) 6-7
Biefstuk (3 cm dikte) 7-8
Borst (2 cm dikte) 5-6
Vis en visfilet, ongepaneerd 5-6
Vis en visfilet, gepaneerd 6-7
Garnalen en steurgarnalen 7-8
Diepvriesgerechten, bv. gesauteerd 6-7
Pannenkoeken 6-7
Omelet 3.-4.
Frituren** (150-200g per portie in 1-2 l olie)
Diepvriesproducten, bv. frites, kipnuggets 8-9
Diepvrieskroketten 7-8
Gehaktballen 7-8
Vlees, bv., stukjes kip 6-7
Vis, groenten of paddestoelen, gepaneerd of in
bierdeeg, bv. champignons
6-7
Banket, bv. beignets, fruit in bierdeeg 4-5
Vermo-
gens-
stand
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel