Operation Manual
nl Het apparaat leren kennen
8
Draaiknop
Met de draaiknop wijzigt u de functies en de
instelwaarden die op het display zijn weergegeven,
Bij de meeste keuzelijsten, bijv. de
verwarmingsmethoden, begint na het laatste punt het
eerste weer. Bij de temperatuur moet u de draaiknop
bijv. weer terugdraaien wanneer de minimale of
maximale temperatuur bereikt is.
Display
Het display is zo gestructureerd dat u de opgaven met
één blik kunt aflezen.
De waarde die u kunt instellen staat in focus. Hij wordt
in het wit weergegeven tegen een donkere achtergrond.
Statusregel
De statusregel bevindt zich boven in het display. Hier
worden de tijd en de ingestelde tijdfuncties
weergegeven.
Voortgangslijn
De voortgangslijn bevindt zich onder de statusregel.
Aan de hand van de voortgangslijn ziet u hoever bijv.
de tijdsduur afgelopen is. De lijn onder de waarde in
focus wordt met het voortschrijden van de werking van
links naar rechts gevuld.
De kleur van de voortgangslijn verandert naargelang de
functie.
Tijdsafloop
Wanneer u het apparaat heeft gestart zonder een
tijdsduur in te voeren, kunt u rechtsboven in de
statusregel zien hoelang het programma al loopt.
Temperatuurregeling
De balken van de temperatuurregeling geven de
opwarmingsfasen in de binnenruimte aan.
Aanwijzing: Door thermische traagheid kan de
weergegeven temperatuur een beetje afwijken van de
werkelijke temperatuur in de binnenruimte.Tijdens het
opwarmen kunt u met de toets ² de actuele
opwarmtemperatuur opvragen.
Functiekeuze-menu
Het menu is onderverdeeld in verschillende functies. Zo
kunt u snel naar de gewenste functie gaan.
--------
Verwarmingsmethoden
Om de juiste verwarmingsmethode voor uw gerecht te
kunnen bepalen, geven wij hier uitleg over de
verschillen en toepassingen.
Verwarmingscon-
trole
De verwarmingscontrole geeft de temperatuurver-
hoging in de binnenruimte weer. Wanneer alle
balken vol zijn, is het optimale tijdstip bereikt om
het gerecht in te schuiven.
Bij de grill- en reinigingsstanden verschijnen de
balken niet.
Restwarmte-indi-
catie
Wanneer het apparaat uitgeschakeld is, verschijnt
onder de statusregel een lijn die de restwarmte in
de binnenruimte weergeeft. De weergave ver-
dwijnt wanneer de temperatuur tot ca. 60 °C
gedaald is.
Functie Gebruik
Verwarmingsmethoden Voor de bereiding van uw gerecht
zijn er vele fijn afgestemde ver-
warmingsmethoden.
Gerechten ~ "Gerechten"
op pagina 25
Hier vindt u voor veel gerechten
de juiste, al geprogrammeerde
instelwaarden.
Instellingen
~ "Basisinstellingen"
op pagina 16
U kunt de basisinstellingen van
uw apparaat aanpassen aan uw
gewoontes.
Verwarmingsmethoden Temperatuur Gebruik
:
4D-hetelucht 30-275 °C Voor het bakken en braden op één of meerdere niveaus.
De ventilator verdeelt de warmte van het ronde verwarmingselement aan de achter-
kant gelijkmatig in de binnenruimte.
%
Boven- en onderwarmte 30-300 °C Voor het traditioneel bakken en braden op één niveau. Bijzonder geschikt voor gebak
met vochtige bedekking.
De warmte komt gelijkmatig van onderen en van boven.
‘
Hetelucht eco 30-275 °C Voor het energie-optimaal bereiden van geselecteerde gerechten op één niveau zon-
der voorverwarmen.
De ventilator verdeelt de energieoptimale warmte van het ronde verwarmingselement
in de achterwand gelijkmatig in de binnenruimte.
+
Boven- en onderwarmte
eco
30-300 °C Voor het energie-optimaal bereiden van geselecteerde gerechten.
De warmte komt gelijkmatig van onderen en van boven.
4
Circulatiegrillen 30-300 °C Voor het braden van gevogelte, hele vis en grotere vleesstukken.
Het grillelement en de ventilator schakelen afwisselend in en uit. De ventilator wervelt
de hete lucht rond de gerechten.