Operation Manual
NEDERLANDS
N-54
NX10H_N48-58.fm00/12/18
Geavanceerde mogelijkheden
Verbeteren van uw stereosysteem
Luisteren naar de geluidsweergave van de
aangesloten apparatuur
Opnemen op een minidisc (Normale
opname)
Opnemen op een minidisc (Synchroon-
opname)
Hoofdtelefoon
Zet het volume laag voor u de hoofdtelefoon aansluit of uit het toestel haalt.
Let er op dat de gebruikte hoofdtelefoon een 3,5 mm diameter stekker heeft en een
impedantie tussen de 16 en 50 Ohm. De aanbevolen impedantie is 32 Ohm.
Door de hoofdtelefoon aan te sluiten, worden de luidsprekers automatisch uitgescha-
keld.
1
Druk op een AUX (DEMO) toets om "AUX ANALOG" of "AUX DIGI-
TAL" te kiezen.
Bij een analoog in-
gangssignaal
Bij een digitaal ingangs-
signaal
Bij een ingangssignaal van "AUX DIGITAL", is het mogelijk dat "NO SIGNAL" ver-
schijnt, afhankelijk van de aangesloten apparatuur.
2
Laat de aangesloten apparatuur weergeven.
3
Stel het volume in met de VOLUME toetsen.
1
Druk op een AUX (DEMO) toets om "AUX ANALOG" of "AUX DIGI-
TAL" te kiezen.
2
Plaats een opname-minidisc met het label boven in de MD-houder.
3
Druk op de REC toets.
4
Laat de aangesloten apparatuur weergeven.
5
Druk op de REC LEVEL/CURSOR of toets om het opnameniveau
in te stellen.
Niveaumeter Opnameniveau
Het maximum niveau mag de "0dB" niet overschrijden.
Het opnameniveau kan worden ingesteld in stappen van 2dB, van - 4dB t/m +10dB.
Als het opnameniveau te laag is, zal het volumeniveau worden verlaagd. Als het te
hoog is, zal het geluid vervormd worden.
6
Druk op de MD toets.
0dB -4dB ··· +10dB
1
Druk op de AUX (DEMO) toets.
2
Plaats een opname-minidisc met het label boven in de MD-houder.
3
Druk op de S-SYNC REC toets van de afstandsbediening.
4
Laat de aangesloten apparatuur weergeven.
De opname zal automatisch beginnen.
Het gebruikte opnameniveau is het voor de vorige opname ingestelde niveau. (Dit
niveau kan ook worden ingesteld tijdens de opname.)