Operation Manual
12
Benaming en functie van de onderdelen
De nummers aangegeven in Z verwijzen naar de bladzijde in deze
gebruiksaanwijzing waar het betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt behandeld.
2
45 6
3
7 8
9
1
11
12
13
15
14
10
16
17
18
19
2
45 6
3
7 8
9
1
11
12
13
15
14
10
16
17
18
19
Voorkant
1 Uitlaatopening
53
2 Zoomring
27
Voor het vergroten/verkleinen van het beeld.
3 Scherpstelring
26
Voor het scherpstellen van het beeld.
4 Lensdeksel
25, 29
5 HEIGHT ADJUST hendel
27
6 Stelvoetje
27
7 Afstandsbedienings-sensor
15
8 Luidspreker
49
9 Inlaatopening
53
Bovenkant
10
Temperatuur-waarschuwingsindicator
54
11 Lampindicator
54
12 Spanningsindicator
54
13 STANDBY/ON toets
25
Voor het in- en uitschakelen (standby) van
de projector.
14 INPUT toetsen (P/R)
29
Voor het kiezen van de ingangsfunctie.
15
AUTO SYNC toets
33
Voor het automatisch instellen van het beeld
wanneer de projector op een computer is
aangesloten.
16 Insteltoetsen (P/R/O/Q)
38
Voor het selecteren van de menu-onderdelen.
17 ENTER toets
38
Voor het invoeren van de selecties of
instellingen die in het menu zijn gemaakt.
18 MENU toets
38
Voor het weergeven van de instelschermen.
19 VOL (Volume) toetsen (–O/Q+)
29
Voor het instellen van de geluidssterkte van
de luidspreker.