MODEL: MX-M182 MX-M182D MX-M202D MX-M232D DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL SYSTEEM BEDIENINGSGIDS
INHOUD INLEIDING ......................................................... 4 DE HANDLEIDING GEBRUIKEN ...................... 4 VERSCHILLEN TUSSEN MODELLEN ............. 5 1 INSTALLATIE 3 KOPIEERFUNCTIES VOORDAT U DE SOFTWARE INSTALLEERT. 6 NORMAAL KOPIËREN ................................... 29 ● SOFTWARE......................................................6 ● HARDWARE- EN SOFTWAREVEREISTEN ....6 ● DE MACHINE INSCHAKELEN .........................7 ● DE KOPIE DONKERDER OF LICHTER MAKEN .............
4 PRINTERFUNCTIES 6 PROBLEEMOPLOSSING EENVOUDIG PRINTEN ................................... 60 PROBLEEMOPLOSSING................................ 82 ● ALS DE PAPIERLADE OPRAAKT TIJDENS HET AFDRUKKEN.........................................................61 ● EEN AFDRUKTAAK ONDERBREKEN................61 ● VERSCHILLEN "HANDVOERINLADE" EN "HANDMATIGE INVOER" IN DE INSTELLINGEN “PAPIERBRON".....................................................61 ● HET PRINTERSTUURPROGRAMMA VANAF DE "Start" TOETS OPENEN....
9 GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN DOEL VAN DE SYSTEEMINSTELLINGEN.............. 110 ● PROGRAMMA'S DIE BETREKKING HEBBEN OP ALLE FUNCTIES VAN DE MACHINE (KOPIEEREN PRINTERFUNCTIES)................................110 ● PROGRAMMA'S VOOR DE KOPIEERFUNCTIE ......................................110 ● WACHTWOORD VOOR DE BEHEERDER PROGRAMMEREN ......................................110 WACHTWOORD VOOR DE BEHEERDER PROGRAMMEREN........................................ 111 LIJST MET SYSTEEMINSTELLINGEN.........
INLEIDING Deze handleiding beschrijft de kopieer-, printer- en scannerfuncties van het MX-M182/MX-M182D/MX-M202D/MXM232D digitaal multifunctioneel systeem. Opmerking • Indien "MX-XXXX" in deze handleiding verschijnt, vervangt u de naam van uw model voor "XXXX". Voor de naam van uw model, zie "VERSCHILLEN TUSSEN MODELLEN" (p.5). • De schermafbeeldingen en procedures die in deze handleiding vermeld staan zijn hoofdzakelijk bedoeld voor Windows Vista.
GEBRUIKTE CONVENTIES IN DEZE HANDLEIDING Waarschuwing Waarschuwt de gebruiker voor letsel wanneer de inhoud van de waarschuwing niet correct wordt opgevolgd. Let op Waarschuwt de gebruiker voor beschadigingen aan de machine of onderdelen als gevolg van het verkeerd uitvoeren van de veiligheidsmaatregelen. Opmerking De opmerkingen geven nuttige informatie over de specificaties, functies, prestaties, bediening e.d. van de machine.
1 Hoofdstuk 1 INSTALLATIE VOORDAT U DE SOFTWARE INSTALLEERT Dit hoofdstuk geeft uitleg over het installeren en configureren van de software die is vereist voor de printer- en scannerfuncties van de machine. Opmerking Deze handleiding verwijst naar de CD-ROM die gewoon als “CD-ROM” bij de machine is meegeleverd.
INSTALLATIE DE MACHINE INSCHAKELEN De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linkerzijde van de machine. Draai de hoofdschakelaar naar de "AAN" positie. DE SOFTWARE INSTALLEREN Opmerking 1 • De schermafbeeldingen in deze handleiding zijn hoofdzakelijk voor Windows Vista. Bij andere Windows versies kunnen bepaalde schermafbeeldingen verschillen van die in deze handleiding. • Als er een foutbericht verschijnt, volgt u de instructies op het scherm om het probleem op te lossen.
INSTALLATIE 8 Klik op de toets "MFP-stuurprogramma". 10 U keert terug naar het venster van stap 8. Klik op de toets "Hulpprogramma's" als u hulpprogramma's wilt installeren. Ga naar stap 11 als u de hulpprogramma's niet wilt installeren. 1 Klik op de toets "Geef Leesmij weer" om informatie over geselecteerde pakketten te tonen. 9 Selecteer "Verbonden met deze computer" en klik op de toets "Volgende". Volg de instructies op het scherm.
INSTALLATIE 13 Volg de instructies in het plug-and-play venster om het stuurprogramma te installeren. Volg de instructies op het scherm. Let op • Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een venster met een beveiligingswaarschuwing verschijnt, klik op “Het stuurprogramma toch installeren". • Als u Windows 2000/XP gebruikt en er een waarschuwingsbericht verschijnt met betrekking tot de Windows logotest of digitale handtekening, klik op "Toch doorgaan" of "Ja". Dit voltooit de installatie van de software.
MET EEN COMPUTER VERBINDEN Volg de onderstaande procedure om de machine met uw computer te verbinden. Een USB-kabel voor het verbinden van de machine met uw computer is niet bij de machine inbegrepen. Koop de juiste kabel voor uw computer. Interfacekabel USB-kabel Afgeschermde twisted-pairkabel, hoge snelheid transmissie-equivalent (max. 3 m) Koop een USB-kabel met ondersteuning voor USB 2.0 als de machine met een USB 2.0 interface wordt verbonden.
INSTALLATIE DE MACHINE ALS EEN GEDEELDE PRINTER GEBRUIKEN Als de machine als een gedeelde printer in een Windows netwerk wordt gebruikt, volg deze stappen om het printerstuurprogramma op de cliëntcomputer te installeren. Opmerking Zie de bedieningshandleiding of het helpbestand van uw besturingssysteem om de juiste instellingen in de printerserver te configureren. 1 Voer stap 2 tot en met 6 uit in "DE SOFTWARE INSTALLEREN" (p.7). 2 Klik op de toets "Aangepast".
HET PRINTERSTUURPROGRAMMA CONFIGUREREN Na het installeren van het printerstuurprogramma moet u de instellingen voor het printerstuurprogramma juist configureren voor het aantal papierlades op de machine en het papierformaat dat in elke lade wordt geplaatst. 1 Klik op de toets "Start", klik op "Bedieningspaneel" en klik vervolgens op "Printer". 4 • In Windows 7, klik op de toets "Start" en klik vervolgens op de toets "Apparaten en printers".
TOETSENBEHEER INSTELLEN Toetsenbeheer is een softwareprogramma dat werkt met het scannerstuurprogramma om scannen vanaf de machine mogelijk te maken. Om te scannen met behulp van de machine moet Toetsenbeheer met het scanmenu op de machine worden gelinkt. Volg de onderstaande stappen om Toetsenbeheer te linken. Windows XP/Vista/7 1 Klik op de toets "Start", klik op "Bedieningspaneel", klik op "Hardware en geluid" en klik vervolgens op "Scanners en camera’s".
INSTALLATIE Windows 2000 1 Klik op de toets "Start", selecteer "Instellingen" en klik vervolgens op "Bedieningspaneel". 2 Dubbelklik op het pictogram "Scanners en camera’s". 3 Selecteer "SHARP MX-XXXX" en klik op de toets "Eigenschappen". 4 In het scherm "Eigenschappen", klik op het tabblad "Activiteiten". 5 Selecteer "SC1:" uit de "Scanneractiviteiten" vervolgkeuzelijst. 6 Selecteer "Sharp Toetsenbeheer AA" in "Naar deze toepassing verzenden".
PROBLEEMOPLOSSING Controleer de volgende items op uw computer als de software niet correct is geïnstalleerd. Het stuurprogramma kan niet worden geïnstalleerd (Windows 2000/XP) Als het stuurprogramma niet kan worden geïnstalleerd in Windows 2000/XP, volg deze stappen om uw computerinstellingen te controleren. 1 Klik op de toets "start" en klik vervolgens op "Bedieningspaneel".
INSTALLATIE Het stuurprogramma kan niet correct worden geïnstalleerd met plug-and-play Als het stuurprogramma niet correct kan worden geïnstalleerd met plug-and-play (bijvoorbeeld plug-and-play wordt uitgevoerd zonder het kopiëren van de vereiste bestanden die nodig zijn voor het installeren van het stuurprogramma), volg deze stappen om overbodige apparaten te verwijderen en installeer vervolgens het stuurprogramma zoals uitgelegd in "DE SOFTWARE INSTALLEREN" (p.7).
2 Chapter 2 VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN Dit hoofdstuk geeft de basisinformatie over het gebruik van de faxfuncties van het apparaat. Lees dit hoofdstuk voor het eerste gebruik van de machine aandachtig door. ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES 3 13 8 9 7 4 5 5 14 1 6 10 15 2 12 11 16 1 2 3 4 5 6 USB 2.0-poort Sluit uw computer op deze poort aan als u de scanner- en printerfuncties wilt gebruiken. Laderreiniger Gebruik deze voor de reiniging van de transportlader.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN 21 23 22 27 24 2 19 20 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 26 Origineelklep (wanneer geïnstalleerd) Open deze klep om originelen op de glasplaat te plaatsen. Zijklep Open deze geleider om vastgelopen papier te verwijderen. Zijklep handgreep Opentrekken om zijklep te openen. Papiergeleiders van de handinvoerlade Pas de handinvoergeleiders aan de breedte van het papier aan.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN BEDIENINGSPANEEL 1 2 01 02 03 04 3 4 5 SPEAKER 05 FAX STATUS KOPIEËN SHIFT 06 07 08 09 10 OPNIEUW KIEZEN/PAUZE 11 12 13 14 PRINT ON LINE DATA SPECIALE FUNCTIE 15 SCANNEN VERKORT KIEZEN 16 17 18 19 20 SYMBOOL 21 22 23 24 FAX LINE DATA KOPIEËN BELICHTING SCANNEN KLEUR MODUS FAX PROGRAM COMMUNICATIE INSTELLING 25 SPATIE/– 13 1 2 3 4 Toetsen voor de faxfunctie (wanneer de faxoptie is geïnstalleerd) Deze worden gebruikt in de faxf
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN 6 7 8 TERUG 9 OK 10 ABC DEF GHI JKL MNO PQRS TUV WXYZ 13 14 15 16 17 18 19 20 18 19 20 INTERRUPT 2 READ-END ACC. #-C 17 12 @.-_ PAPIERFORMAAT KOPIEERFACTOR AUTO IMAGE UITVOER 2-ZIJDIGE KOPIE RESOLUTIE ADRES FORMAAT ORIGINEEL DUBBELZ. SCANNEN RESOLUTIE ADRES BROADCAST ORIGINEEL DUBBELZ. SCANNEN 16 11 21 22 [FAX] toets (wanneer de faxoptie is geïnstalleerd) LINE-indicator, DATA-indicator Deze worden gebruikt in de faxfunctie.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN Display (basisscherm) Voorbeeld: Kopieerfunctie 1 2 Iconen die verschijnen in de icoondisplay speciale functies 3 4 Klaar v.
STROOM IN- EN UITSCHAKELEN De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linkerzijde van de machine. INSCHAKELEN UITSCHAKELEN Draai de hoofdschakelaar naar de "AAN" positie. Verzeker u ervan dat de machine uitstaat en zet vervolgens de hoofdschakelaar op de "UIT" positie. Het duurt ongeveer 25 seconden voordat de machine is opgewarmd. Terwijl de machine opwarmt, knippert de START-indicator. (De START-indicator gaan branden wanneer de machine klaar is om te kopiëren.
PAPIER BIJVULLEN De melding "LADE< >:Papier toevoegen" wordt weergegeven wanneer er geen kopieerpapier in de geselecteerde papierlade ligt. (< > is het ladenummer.) Vul papier bij in de aangegeven papierlade. PAPIER Gebruik voor de beste resultaten alleen door SHARP aanbevolen papier.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN PAPIER BIJVULLEN Zorg ervoor dat de machine niet kopieert of afdrukt en voer vervolgens de volgende stappen uit om het papier bij te vullen. Plaats het papier in de lade 1 2 Til de bovenste papierlade voorzichtig omhoog en trek de papierlade er zover mogelijk uit. Plaats het papier in de lade. • Open het pak papier en plaats het zonder het papier los te waaieren. • Zorg ervoor dat de stapel papier recht is voordat het wordt geplaatst.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN De handinvoerlade plaatsen 1 3 Ontvouw de handinvoerlade. Plaats het papier (afdrukzijde beneden) helemaal in de handinvoerlade. Controleer, om papierstoringen te voorkomen, nogmaals of de papiergeleiders aan de breedte van het papier zijn aangepast. Trek de verlenging uit bij grote papierformaten zoals B4 en A3. Opmerking 2 Pas de papiergeleiders aan de breedte van het kopieerpapier aan.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN Enveloppen Gebruik niet de onderstaande envelopsoorten. Dit zal leiden tot papierstoringen. • Enveloppen met metalen plaatjes, gespen, linten, gaten of schermen. • Enveloppen met ruwe vezels, carbonpapier of gladde oppervlakken. • Enveloppen met twee of meer flappen. • Enveloppen met plakband, folie of waarbij er papier aan de flap is bevestigd. • Enveloppen met een vouw in de flap. • Enveloppen met lijm aan de flap die moet worden natgemaakt om de enveloppen te sluiten.
VOORDAT U DE MACHINE GAAT GEBRUIKEN 7 Druk op de [OK] toets. 8 Er verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd de nieuwe papierformaatinstelling te bevestigen. OK Druk op de [OK] toets. Het geselecteerde papierformaat wordt opgeslagen en het display keert terug naar het basisscherm. OK Opmerking Plaats het papierformaatetiket voor het geselecteerde papierformaat in stap 6 op de etiketpositie aan de rechterzijde van de lade.
CONTROLEMODUS Wanneer de accountregeling geactiveerd is, wordt het aantal geprinte pagina's voor elke account bijgehouden. Het aantal pagina's kan op het display worden afgelezen. Deze functie wordt ingeschakeld in de systeeminstellingen. (Voor de tellingen in kopieer-, afdruk- en scanfuncties, zie p.114. Zie de "Bedieningsgids (FAXUITBREIDINGSKIT)" die met de machine is meegeleverd voor de tellingen in faxmodus.
3 Chapter 3 KOPIEERFUNCTIES Dit hoofdstuk geeft uitleg over het gebruik van de kopieerfuncties. NORMAAL KOPIËREN Dit gedeelte beschrijft hoe u een normale kopie kunt maken. Voer uw 5-cijferig accountnummer in, wanneer de "Accountregeling" is geactiveerd (p.114). Kopiëren vanaf de glasplaat 1 Open de SPF/RSPF en plaats het origineel op de glasplaat met de kopiezijde naar beneden. Leg de linker bovenhoek van het origineel gelijk met de punt van het teken .
KOPIEERFUNCTIES 5 Druk op de [START] toets ( kopiëren te beginnen. ) om met Opmerking De kopie komt in de papieruitvoerlade terecht. • De middelste lade kan maximaal 250 bladen bevatten (150 bladen wanneer de documentsorteerladekit is geïnstalleerd). • Ongeveer een minuut na afloop van het kopiëren wordt "Auto wissen" (p.22) geactiveerd waardoor alle kopieerinstellingen weer terug worden gezet naar de standaardinstellingen.
KOPIEERFUNCTIES Automatisch papierkeuze (wanneer er twee of meer papierlades aanwezig zijn) Wanneer de automatische papierkeuzefunctie geactiveerd is, verschijnt "AUTO" in de papierformaatdisplay. Deze functie selecteert automatisch papier van hetzelfde formaat als het origineel (A5, B5, B5R, A4, A4R, B4, A3, 5-1/2" x 8-1/2", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 14", 11" x 17" papier). • De papierformaten die kunnen worden gebruikt, variëren per land en regio.
KOPIEERFUNCTIES Punten met betrekking tot de positie van het geprinte kopieerbeeld Zelfs als hetzelfde origineel gekopieerd wordt op hetzelfde papiersoort, kan, door verschillen van het origineelformaat, scanlocatie (glasplaat of origineelinvoerlade), geselecteerde papierlade, vergrotings-/verkleiningsfactor en andere omstandigheden, de positie van het geprinte kopieerbeeld op het papier verschuiven. Zoals weergegeven in onderstaand voorbeeld, als er een origineel kleiner dan het papierformaat (bijv.
KOPIEERFUNCTIES DE KOPIE DONKERDER OF LICHTER MAKEN De kopiebelichting kan zonodig worden aangepast aan het origineel. Er zijn drie belichtingsfuncties beschikbaar: "AUTO", "TEKST" of "FOTO". Als "TEKST" of "FOTO" geselecteerd wordt, kan de belichting handmatig op 5 standen worden ingesteld. Auto Dit is de fabrieksinstelling voor de belichting. In deze modus worden de kenmerken van een origineel dat gekopieerd wordt "gelezen" door een belichtingsysteem, zodat de aanpassingen automatisch gebeuren.
KOPIEERFUNCTIES PAPIERLADEKEUZE De modus automatische papierselectie (p.31) werkt normaal (tenzij deze functie werd uitgeschakeld) en dus wordt de lade met hetzelfde papierformaat als het origineel automatisch geselecteerd wanneer het origineel op de glasplaat wordt geplaatst en het originele formaat wordt geselecteerd of wanneer het origineel in de SPF/RSPF is geplaatst.
KOPIEERFUNCTIES HET ORIGINEELFORMAAT SELECTEREN Als u een niet-standaardformaat* origineel laadt of het origineelformaat niet correct gedetecteerd wordt, stelt u het formaat handmatig in. Volg de onderstaande stappen, nadat u het origineel in de origineelinvoerlade of op de glasplaat hebt geplaatst. * Standaardformaten: Opmerking 1 De volgende formaten kunnen correct worden gedetecteerd: A3, B4, A4, A4R, A5.
KOPIEERFUNCTIES DE HANDINVOERLADE GEBRUIKEN OM EEN SPECIAAL FORMAAT ORIGINEEL TE KOPIËREN Als de handinvoerlade gebruikt wordt voor kopiëren en een origineel op de glasplaat wordt gedetecteerd als een speciaal formaat, zal het display de gebruiker vragen het origineelformaat in te stellen. Volg onderstaande stappen om in deze situatie een kopie te maken. 1 2 Laad papier in de handinvoerlade en plaats het origineel op de glasplaat. 5 Druk op de [OK] toets.
EEN KOPIE VERKLEINEN OF VERGROTEN Er zijn drie manieren om kopieën te vergroten en te verkleinen: • Automatische selectie van de factor afhankelijk van het papierformaat: Automatisch factorselectie • Een factor definiëren van 25% tot 400%: Voorgeprogrammeerde factor/zoom • Het afzonderlijk selecteren van de horizontale en verticale kopieerfactoren: XY-zoom Opmerking Wanneer de SPF/RSPF wordt gebruikt, is het bereik van de kopiefactor 50% tot 200%.
KOPIEERFUNCTIES HANDMATIGE KOPIEERFACTORKEUZE (VOORGEPROGRAMMEERDE KOPIEERFACTOR/ZOOM) 1 Plaats het origineel in de handinvoerlade of op de glasplaat. 2 Druk op de [KOPIEERFACTOR] toets. G PAPIERFORMAAT KOPIEERFACTOR AUTO IMAGE UI S RESOLUTIE ADRES FORMAAT OR M RESOLUTIE ADRES BROADCAST OR De kopieerfactoren die geselecteerd kunnen worden verschijnen.
KOPIEERFUNCTIES HET AFZONDERLIJK SELECTEREN VAN DE HORIZONTALE EN VERTICALE KOPIEERFACTOREN(XY ZOOM kopiëren) Met XY ZOOM kunnen afzonderlijke kopieerfactorinstellingen worden geselecteerd voor de lengte en de breedte van de kopie. Voorbeeld: Kopie uitsluitend verkleinen in de horizontale afdrukstand. Origineel Kopie • Deze functie kan niet worden gebruikt met de 2-IN-1 of 4-IN-1-functie. (p.
KOPIEERFUNCTIES 7 Druk op de @ ACC. #-C 11 toets. READ XY ZOOM 115% ZOOM 100% X: 115% 86% Y: 100% [ ]: X Y Selecteer zonodig andere kopieerinstellingen in en druk op de [START] toets ( ). MNO WXYZ @.-_ AD-END U kunt nu de verticale factor selecteren. 8 Stel de verticale factor in met de [ ], [ ], [ ], of [ ] toets. Er kan een voorgeprogrammeerde factor geselecteerd worden met de [ ] of [ ] toets. De factor kan in stappen van 1% worden bijgesteld met de [ ] of [ ] toets.
AUTOMATISCH TWEEZIJDIG KOPIEREN (MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D) Twee op de glasplaat geplaatste originelen kunnen aan iedere zijde van een enkel vel papier worden gekopieerd. Bovendien kan een RSPF worden gebruikt om twee originelen op één blad papier, of een tweezijdig origineel op twee bladen papier, of een tweezijdig oorspronkelijk op elke zijde van één blad papier te kopiëren. Deze functie is handig voor het maken van kopieën voor identificatiedoeleinden en helpt papier te besparen.
KOPIEERFUNCTIES 2-ZIJDIG KOPIËREN VAN 1-ZIJDIGE ORIGINELEN • Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R. • Automatisch dubbelzijdig kopiëren is niet mogelijk, wanneer de handinvoerlade gebruikt wordt.
KOPIEERFUNCTIES Kopiëren vanaf de glasplaat 1 Plaats het origineel voor de voorkant van de kopie op de glasplaat en sluit de SPF/RSPF. 6 Verzeker u ervan dat het gewenste papierformaat is geselecteerd. 7 Stel het aantal kopieën in en druk op de [START] toets ( ). WXYZ 2 Tip op de [2-ZIJDIGE KOPIE] toets. 2-ZIJDIGE KOPIE 1 op 1 1 op 2 2 op 2 UITVOER 2-ZIJDIGE KOPIE T ORIGINEEL DUBBELZ. SCANNEN T ORIGINEEL DUBBELZ. SCANNEN Het selectiescherm dubbelzijdige functie verschijnt.
KOPIEERFUNCTIES 2-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE ORIGINELEN (ALLEEN MET DE RSPF) • Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R. • Automatisch dubbelzijdig kopiëren is niet mogelijk, wanneer de handinvoerlade gebruikt wordt. • Deze kopieerfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met boekkopieën.
KOPIEERFUNCTIES 1-ZIJDIGE KOPIEËN VANAF 1-ZIJDIGE ORIGINELEN (ALLEEN MET DE RSPF) • Papierformaten die gebruikt kunnen worden zijn A3, B4, A4, A4R, B5, B5R, A5, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 13", 8-1/2" x 11" en 8-1/2" x 11"R. • Automatisch dubbelzijdig kopiëren is niet mogelijk, wanneer de handinvoerlade gebruikt wordt. • Deze kopieerfunctie kan niet worden gebruikt in combinatie met boekkopieën.
DUBBELZIJDIG KOPIEREN MET HANDINVOERLADE Volg de stappen hieronder om handmatig een tweezijdige kopieertaak uitvoeren. Voorbeeld: Origineel A en origineel B op beide zijden van het papier kopiëren Origineel A Origineel B 1 Kopie Als u de MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D gebruikt De MX-M182D/MX-M202D/MX-M232D standaard uitgerust met een automatische tweezijdige kopieerfunctie waarbij het papier automatisch wordt omgekeerd.
BOEKKOPIE Een boekkopie kan tijdens het kopiëren automatisch in twee pagina’s worden gedeeld. Deze functie is handig wanneer u afzonderlijke kopieën van elke pagina van een boek of ander gebonden document wilt maken. Kopie Origineel • • • • • Voor boekkopieën kan A4 papier worden gebruikt. Wanneer beelddraaiing is geactiveerd, kunt u ook A4R papier gebruiken. Boekkopiëren kan worden ingeschakeld bij sorteren/groeperen kopie (p.49).
EEN KOPIEERPROCES ONDERBREKEN (Kopiëren onderbreken) Een kopieerproces kan tijdelijk worden onderbroken om een andere kopieeropdracht uit te voeren. (Kopiëren onderbreken) Nadat de andere kopieeropdracht is uitgevoerd, kan het kopieerproces met dezelfde instellingen worden hervat. • Kopiëren onderbreken is niet mogelijk als de glasplaat gebruikt wordt voor een kopieeropdracht en "NIET SORTEREN" is geselecteerd. • Als 2 in 1 of 4 in 1 is geselecteerd, is kopiëren onderbreken niet mogelijk.
HANDIGE KOPIEERFUNCTIES Deze sectie geeft uitleg over handige kopieerfuncties. BEELDDRAAIING VAN 90 GRADEN (Beelddraaiing) Wanneer de "Automatische papierkeuzefunctie" of "automatische kopieerfactorkeuze" is geactiveerd en het origineel in een andere richting is geplaatst (verticaal of horizontaal) ten opzichte van het papier, wordt het origineel automatisch 90 graden gedraaid om een juiste afdruk kunnen te maken.
KOPIEERFUNCTIES 1 Plaats de originelen in de origineelinvoerlade of het eerste origineel op de glasplaat. 6 Als de originelen in de origineelinvoer zijn geplaatst, wordt automatisch de sorteermodus geselecteerd. U kunt dit wijzigen in niet sorteren in de systeeminstellingen. (p.123) Als het eerste origineel op de glasplaat is geplaatst, wordt automatisch de sorteermodus geselecteerd. 2 Herhaal stap 6 totdat alle originelen zijn gescand. 7 Druk op de [UITVOER] toets.
KOPIEERFUNCTIES HET KOPIËREN VAN MEERDERE ORIGINELEN OP EEN ENKELZIJDIG VEL PAPIER(2-IN-1 / 4-IN-1 kopie) Meerdere originelen kunnen worden gekopieerd op een enkelzijdige kopie volgens een vooraf geselecteerde lay-out. Deze functie is handig wanneer u meerdere pagina's op een compact formaat wilt presenteren of alle pagina's in een document wilt bekijken of presenteren.
KOPIEERFUNCTIES 5 Selecteer "2 in 1 / 4 in 1" met de [ ] of [ ] toets. 10 SPECIALE MODUS BOEK KOPIE 2in1/4in1 XY ZOOM [OK]:WIJZIGEN PQ DIGE KOPIE BELZ. SCANNEN BELZ. SCANNEN ACC Selecteer de scheidingslijninstellingen met de [ ] of [ ] toets. 2in1 PATROON 1 KADER 6 Druk op de [OK] toets. OK Het scherm 2 in 1 / 4 in 1 selectie verschijnt. 7 Selecteer ononderbroken lijn, stippellijn of geen. 2in1/4in1 AFBREKEN 2in1 4in1 [OK]:WIJZIGEN 11 Druk op de [OK] toets.
KOPIEERFUNCTIES HET INSTELLEN VAN KANTLIJNEN TIJDENS HET KOPIËREN (Kantlijnverschuiving) De functie kantlijnverschuiving verschuift het beeld zodat een kantlijn ontstaat op de rand van het papier. Standaard creëert de functie een kantlijn van 10 mm aan de linkerkant van het papier. Kantlijn (bovenkant) Kantlijn (linker rand) A A A A Origineel Kopie Origineel Kopie • U kunt selecteren of u een kantlijn aan de bovenkant of aan de linkerkant van het papier wilt creëren.
KOPIEERFUNCTIES SCHADUWEN RONDOM DE KANTLIJNEN VAN EEN KOPIE WISSEN (Kopie wissen) ● Deze functie wordt gebruikt om schaduwen rondom de kantlijnen van kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (RAND WISSEN) ● Deze functie wordt gebruikt om schaduwen die verschijnen in het midden van kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (MIDDEN WISSEN) ● De standaardinstelling voor de wisbreedte is ongeveer 10 mm. De breedte kan in de systeeminstellingen worden gewijzigd. (p.
KOPIEERFUNCTIES 7 Selecteer de wisbreedte met de [ ] of [ ] toets. Als u 0 mm selecteert, is het afdrukresultaat hetzelfde als wanneer "AFBREKEN" is geselecteerd. 8 Druk op de [OK] toets. OK 9 MNO WXYZ @.-_ AD-END 55 U keert terug naar het beginscherm. Selecteer zonodig andere kopieerinstellingen in en druk op de [START] toets ( ). Als u een randwisinstelling wilt annuleren, keert u terug naar het instelscherm rand wissen en selecteert "AFBREKEN".
KAARTFORMAAT Met deze functie kunt u de voor- en achterzijden van de kaart naast elkaar op een enkel vel papier afdrukken. Deze functie creëert 2 in 1 beelden van de voor- en achterkant van de kaart en centreert deze op het papier. Origineel Kopie KAART KAART Voorzijde kaart Achterzijde kaart KAART Voorbeeld: Staand A4-formaat Voorbeeld: Liggend A4-formaat • Papier kan niet vanuit de handinvoer worden ingevoerd.
KOPIEERFUNCTIES 8 MNO WXYZ Druk op de [START] toets ( ). De voorzijde van de kaart wordt gescand. @.-_ AD-END 9 Draai het origineel om op de glasplaat. 10 Druk op de [START] toets ( ). Het kopiëren zal worden gestart nadat beide zijden van het origineel zijn gescand.
ID-KAARTKOPIE Met deze functie kunt u de voor- en achterzijde van een ID-kaart op een pagina kopiëren, die tevens als margeverschuivingsfunctie kan worden gebruikt. De gespecificeerde patronen van een ID-kaartkopie worden als volgt getoond. A5-A3-FORMAAT (Fabrieksinstelling) A4-FORMAAT Achter Centreer Lijn Voor Voor Achter Opmerking 1 • Selecteer eerst de lay-outpatronen volgens de uitleg in "INSTELLING ID-KAART" van SYSTEEMINSTELLINGEN (p.
KOPIEERFUNCTIES 5 Druk op de [START] toets ( ). MNO WXYZ @.-_ AD-END Scannen van één zijde begint. • Druk op de [STOP-LEZEN] toets om alleen één zijde af te drukken. 6 Draai de ID-kaart naar de andere zijde en druk op de [START] toets ( ). Zodra de scan is beëindigd, begint het kopiëren. Opmerking 59 Druk op de [CA] toets om ID-kaartkopie te annuleren.
4 Hoofdstuk 4 PRINTERFUNCTIES Dit hoofdstuk geeft uitleg over het gebruik van de printerfuncties. De procedure voor het plaatsen van papier is hetzelfde als voor het plaatsen van kopieerpapier. Zie "PAPIER BIJVULLEN" (p.23). Opmerking • Printtaken die worden ontvangen terwijl de machine kopieert of scant, worden in het geheugen opgeslagen. Zodra de kopieertaak is voltooid, wordt begonnen met het afdrukken van de printtaken.
PRINTERFUNCTIES 4 "HET AFDRUKBEELD 180 GRADEN DRAAIEN (180 graden draaien)" (p.65), "EEN WATERMERK AFDRUKKEN" (p.67), "DUBBELZIJDIG AFDRUKKEN" (p.68) Kijk of de "SHARP MX-xxxx" wel is geselecteerd als printer. Klik op de knop "Voorkeursinstellingen" om het instelscherm van de printerdriver te openen en afdrukinstellingen te wijzigen. Het instelscherm voor de printerdriver verschijnt nu. 5 Klik op de knop "Afdrukken". Het printen begint.
PRINTERFUNCTIES HET PRINTERSTUURPROGRAMMA VANAF DE "Start" TOETS OPENEN Vanaf de Windows "Start" toets kunt u het printerstuurprogramma openen en de instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen. Instellingen die op deze wijze zijn gewijzigd worden als begininstellingen ingesteld wanneer u vanuit een toepassing afdrukt.
INSTELLINGENSCHERM PRINTERSTUURPROGR Er bestaan een aantal beperkingen voor combinaties van instellingen die in het installatiescherm van het printerstuurprogramma kunnen worden geselecteerd. Wanneer een beperking actief is, verschijnt er een informatiepictogram ( ) naast de instelling. Klik op het pictogram om een uitleg over de beperking te bekijken. 1 2 3 4 5 6 8 7 Opmerking 1 2 3 4 5 10 De instellingen en het beeld van de machine variëren afhankelijk van het model.
PRINTERFUNCTIES MEERDERE PAGINA'S OP EEN PAGINA AFDRUKKEN Deze functie kan worden gebruikt om de pagina's te verminderen voor het afdrukken van afbeeldingen en meerdere pagina's op een enkel vel papier. Dit is handig wanneer u meerdere afbeeldingen, zoals foto's, op een enkel vel papier wilt afdrukken en wanneer u papier wilt besparen. Deze functie kan tevens worden gebruikt in combinatie met dubbelzijdig afdrukken voor maximale besparing van papier.
PRINTERFUNCTIES HET AFGEDRUKTE BEELD PASSEND MAKEN (Passend maken aan papierformaat) Het printerstuurprogramma kan het formaat van het afgedrukte beeld aanpassen om het formaat van het papier dat in de machine is geladen, overeen te laten komen. Volg de onderstaande stappen om deze functie te gebruiken. De onderstaande uitleg veronderstelt dat u een A3 documentformaat op A4 papierformaat af wilt drukken. 1 Klik op de "Papier" tab in het installatiescherm van het printerstuurprogramma.
PRINTERFUNCTIES HET AFDRUKBEELD VERGROTEN/VERKLEINEN (Zoom) Deze functie wordt gebruikt voor het vergroten of verkleinen van het beeld naar een geselecteerd percentage. U kunt een klein beeld vergroten of marges aan het papier toevoegen door het beeld enigszins te verkleinen. Opmerking 1 2 De "Zoom" instelling is niet beschikbaar wanneer "N-omhoog afdrukken" is geselecteerd. 3 Klik op de "Papier" tab in het installatiescherm van het printerstuurprogramma. Selecteer de zoomverhouding.
PRINTERFUNCTIES HELDERHEID EN CONTRAST VAN HET BEELD AANPASSEN (Beeldaanpassing) Helderheid en contrast kunnen in de printinstellingen worden aangepast wanneer er een foto of ander beeld wordt afgedrukt. Deze instellingen kunnen voor eenvoudige correcties worden gebruikt wanneer u geen beeldbewerkingsoftware op uw computer hebt geïnstalleerd. 1 2 Klik op de "Geavanceerd" tab in het installatiescherm van het printerstuurprogramma. 3 Pas de beeldinstellingen aan. Klik op de "Beeldaanpassing" toets.
PRINTERFUNCTIES DUBBELZIJDIG AFDRUKKEN De machine kan aan beide zijden van het papier afdrukken. Deze functie is handig voor vele doeleinden en is vooral handig wanneer u een eenvoudige brochure wilt maken. Tweezijdig afdrukken helpt ook te besparen op papier. Opmerking Selecteer bij het gebruik van dubbelzijdig afdrukken een bron anders dan "Handinvoerlade" voor de "Papierbron" in de "Papier" tab.
PRINTERFUNCTIES REGELMATIG GEBRUIKTE AFDRUKINSTELLINGEN OPSLAAN Instellingen die op elk van de tabs zijn geconfigureerd op het moment van afdrukken kunnen als gebruikersinstellingen worden opgeslagen. Het opslaan van regelmatig gebruikte instellingen of complexe kleurinstellingen onder een toegewezen naam maken het selecteren van die instellingen eenvoudiger wanneer u ze een volgende keer nodig hebt.
SAMENVATTING VAN PRINTSTATUSVENSTER Wanneer het afdrukken start, wordt automatisch het Printstatusvenster geopend. Het Printstatusvenster is een toepassing die de machine bewaakt en u de naam van het document toont dat wordt afgedrukt en u alle zich voordoende foutberichten toont. 1 2 3 4 5 4 6 7 1 2 Statusvenster Verschaft informatie over de huidige status van de printer. Statuspictogram Het statuspictogram verschijnt om u op de printerfouten te wijzen.
5 Hoofdstuk 5 SCANNERFUNCTIES Dit hoofdstuk geeft uitleg over het gebruik van de scannerfuncties. Opmerking • Scantaken die worden ontvangen terwijl de machine kopieert of afdrukt, worden in het geheugen opgeslagen. Zodra de kopieertaak is voltooid, beginnen de scantaken.
SCANNEN VIA DE TOETSEN OP HET APPARAAT Hieronder wordt uitgelegd hoe u te werk dient te gaan om te scannen via de knop [SCANNEN]. Bij het scannen volgens deze methode wordt de vooraf bepaalde toepassing automatisch gestart en komt de gescande afbeelding beschikbaar in de toepassing. Opmerking 1 • De scannerfunctie kan niet worden gebruikt in de volgende situaties: • Er doet zich een probleem voor met het apparaat zoals een papierstoring of een openstaande klep. • De systeeminstellingen zijn in gebruik.
TOETSENBEHEER Toetsenbeheer is een softwareprogramma waarmee u door middel van de [SCAN] toets op de machine de scannerfunctie kunt gebruiken. Met Toetsenbeheer software kunt u een doeltoepassing toewijzen en instellingen naar een van de zes bestemmingen op de machine te scannen. Om met het bedieningspaneel van de machine te scannen moeten, nadat Toetsenbeheer is geïnstalleerd, de instellingen in het Besturingspaneel worden geconfigureerd. Zie "TOETSENBEHEER INSTELLEN" (p.
SCANNERFUNCTIES TOETSENBEHEER INSTELLINGEN Eenmaal geïnstalleerd, werkt Toetsenbeheer op normale wijze op de achtergrond in het Windows besturingssysteem. Volg de onderstaande stappen, als u de Toetsenbeheer instellingen wilt wijzigen. Zie Toetsenbeheer Help voor details over deToetsenbeheer instellingen. "TOETSENBEHEER" (p.73) 1 Rechtsklik op het Toetsenbeheer pictogram ( ) op de taakbalk en selecteer "Instellingen" in het popupmenu.
SCANNEN VANAF UW COMPUTER De machine ondersteunt de TWAIN norm, waardoor het mogelijk is om vanaf TWAIN-compatibele toepassingen te scannen. De machine ondersteunt ook WIA (Windows Beeldacquisitie), waarbij het mogelijk is om van WIA-compatibele toepassingen en de "Scanner en camera wizard" in Windows XP te scannen. Voor informatie over TWAIN en WIA instellingen, zie het helpbestand voor het scannerstuurprogramma of Windows Help.
SCANNERFUNCTIES 7 Specificeer het scangedeelte en stel de scanvoorkeuren in. Voor informatie over het specificeren van het scangedeelte en het instellen van de scanvoorkeuren, zie Help voor scannerstuurprogramma. "INSTELLINGEN SCANNERSTUURPROGRAMMA" (p.77) Let op 8 • Het scannen van een groot gedeelte bij een hoge resolutie resulteert in een grote hoeveelheid gegevens en lange scantijden. Het is raadzaam de juiste scanvoorkeuren in te stellen voor het type origineel dat wordt gescand, bijv.
SCANNERFUNCTIES INSTELLINGEN SCANNERSTUURPROGRAMMA Het instelscherm van het scannerstuurprogramma bestaat uit het "Instelscherm", waar u de scannerinstellingen kunt selecteren, en het "Preview-scherm", dat de gescande afbeelding toont. Voor meer informatie over de scannerinstellingen, klik op [Help] in het preview-scherm om het helpbestand te bekijken. Instelscherm 1 2 3 4 5 6 7 1 "Scanpositie" menu Vink de plaats aan waar het origineel zich bevindt.
SCANNERFUNCTIES Preview scherm 1 2 3 4 5 1 2 3 Preview scherm Klik op de "Preview" toets in het installatiescherm om het gescande beeld weer te geven. U kunt het scangedeelte specificeren door met de muis binnen het venster te slepen. De binnenkant van het frame dat wordt gecreëerd wanneer u met de muis sleept, wordt het scangedeelte. Klik op een willekeurige plek buiten het frame om een gespecificeerd scangedeelte te annuleren en het frame te wissen.
SCANNERFUNCTIES SCANNEN VANAF EEN WIA-COMPATIBELE TOEPASSING (Windows XP/Vista/7) Als u Windows XP/Vista/7 gebruikt, kunt u het WIA stuurprogramma gebruiken om vanafPaint en andere WIA-compatibele toepassingen te scannen. De procedure voor het scannen met behulp van Paint wordt hieronder uitgelegd. 1 Plaats het origineel dat u wilt scannen op de glasplaat/SPF/ RSPF. 3 Selecteer de papierbron en het fototype en klik op de "Preview" toets.
SCANNERFUNCTIES SCANNEN VANAF DE "Scanner en camera wizard" (Windows XP) De procedure voor het scannen met de "Scanner en camera wizard" in Windows XP wordt hier uitgelegd. De "Scanner en camera wizard" laat u een beeld scannen zonder het gebruik van een WIA-compatibele toepassing. 1 Plaats het origineel dat u wilt scannen op de glasplaat/SPF/ RSPF. 5 Voor informatie over het instellen van een te scannen origineel, raadpleeg "SCANNEN VIA DE TOETSEN OP HET APPARAAT" (p.72).
SCANNERFUNCTIES 7 Wanneer het scannen eindigt, verschijnt het volgende scherm. Selecteer de volgende taak die u wilt uitvoeren en klik vervolgens op de "Volgende" toets. Als u de sessie wilt beëindigen, klik op "Niets. Ik ben klaar met het bewerken van deze foto’s". 8 Klik op de "Voltooien" toets. De "Scanner en camera wizard" sluit en het gescande beeld wordt in de gespecificeerde map opgeslagen.
6 Hoofdstuk 6 PROBLEEMOPLOSSING Dit hoofdstuk beschrijft probleemoplossing en het verwijderen van vastgelopen papier. PROBLEEMOPLOSSING Controleer, als u problemen ondervindt tijdens het gebruik van de machine, de volgende gids voor probleemoplossing voordat u contact opneemt voor service. Vele problemen kunnen eenvoudig door de gebruiker worden opgelost.
PROBLEEMOPLOSSING MACHINE- EN KOPIEERPROBLEMEN De onderstaande problemen hebben betrekking op de algemene werking van de machine en het kopiëren. Probleem Oorzaak en oplossing Het snoer is niet aangesloten op een stopcontact. → Sluit het snoer aan op een geaard stopcontact. Hoofdschakelaar UIT. → Zet de hoofdschakelaar op de “AAN” positie. Pagina – 22 De machine is bezig met opwarmen. De machine werkt niet. → De machine moet ongeveer 25 seconden opwarmen nadat de schakelaar op AAN gezet is.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak en oplossing Er is een papierstoring opgetreden. → Zie "VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN" om het vastgelopen papier te verwijderen. Formaat en gewicht van het gebruikte papier komt niet overeen met het gedefinieerde bereik. → Gebruik kopieerpapier dat overeenkomt met de gespecificeerde instellingen. Pagina 92 23 Het papier is gekreukeld of vochtig. → Gebruik geen gekreukeld of geribbeld papier. Vervang het papier voor droog kopieerpapier.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak en oplossing Was de SPF/RSPF (of origineelklep) helemaal geopend toen het origineel op de glasplaat geplaatst werd? → Open de SPF helemaal en plaats het origineel op de glasplaat. Sluit de SPF/RSPF (of origineelklep). Het origineel is omgekruld of gevouwen. → Het origineelformaat kan niet correct worden gedetecteerd wanneer het origineel is gekreukt. Strijk het origineel glad. Pagina 43 – Het origineel bevat veel zwarte gedeelten.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak en oplossing Pagina Alle andere indicators werden uitgeschakeld. De display schakelt uit. → Als andere indicators branden, staat de machine in de “Voorverwarmfunctie”. Druk op een willekeurige toets op het bedieningspaneel om normale werking te hervatten. START-indicator knippert. → De machine staat in de automatische uitschakelfunctie. Druk op de [START] toets ( ) om normale werking te hervatten. De verlichting knippert.
PROBLEEMOPLOSSING PRINT- EN SCANPROBLEMEN Behalve in deze sectie kan er ook informatie over probleemoplossing worden geraadpleegd in de LEESMIJ-bestanden van de softwareprogramma’s. Zie "DE SOFTWARE INSTALLEREN" (p.7) om een LEESMIJ-bestand te bekijken. Probleem Oorzaak en oplossing Pagina De machine staat ingesteld op offline. → Druk, als de ONLINE-indicator niet aan staat, op de [PRINT] toets om van printermodus te wisselen en gebruik vervolgens de [ ] toets om "ONLINE" te selecteren.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Er werd een pagina met opmerkingen (NP-001) afgedrukt, maar de printgegevens werden niet volledig afgedrukt. Afdrukken wordt traag uitgevoerd. Het afgedrukte beeld is licht en ongelijk. Oorzaak en oplossing Pagina Een printtaak met meer gegevens dan de ruimte die beschikbaar is in het geheugen wordt naar de machine gestuurd. → Schakel de ROPM-functie uit op de "Configuratie" tab van het installatiescherm voor het printerstuurprogramma.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak en oplossing Pagina De instelling voor de printdichtheid is niet juist. Het afgedrukte beeld is donkerder of lichter dan verwacht. → U kunt de printdichtheid in het printerstuurprogramma aanpassen. Klik op de tab "Geavanceerd" in het installatiescherm voor het printerstuurprogramma en klik op de "Compatibiliteit" toets. Selecteer de "Afdrukdichtheidsniveau" uit 1 (licht) tot 5 (donker). De glasplaat of de onderzijde van de origineelklep/SPF/RSPF is vuil.
PROBLEEMOPLOSSING Probleem Oorzaak en oplossing Pagina Als scannen niet mogelijk is, moet u de computer uitschakelen, de hoofdschakelaar van de machine uitschakelen en de stekker van de machine uit het stopcontact halen. Vervolgens start u de computer, schakelt u de machine weer in en probeert u nogmaals te scannen. Controleer de volgende items als scannen nog steeds niet mogelijk is. – Uw toepassing is niet TWAIN/WIA compatibel.
INDICATORS EN DISPLAYMELDINGEN Als één van de volgende meldingen verschijnt, neemt u onmiddellijk actie en volgt u de instructies in de melding. Melding Oplossing (Onderhoudsicoon) Het is tijd voor regelmatig onderhoud. Neem contact op met uw service leverancier. (Icoon "vervanging ontwikkelaar vereist") Ontwikkelaar is vereist. Neem zo snel mogelijk contact op met uw erkende service leverancier. Onderhoud nodig. Bel voor service. Onderhoud spoedig vereist. Neem contact op met uw service leverancier.
VASTGELOPEN PAPIER VERWIJDEREN Wanneer er een papierstoring optreedt tijdens het kopiëren, verschijnt de melding “ van de papierstoring. Controleer de plaats van de papierstoring en verwijder het vastgelopen papier. Opmerking Verwijder pap." met de locatie Het papier kan scheuren wanneer u het verwijdert. Zorg er in zulke gevallen voor dat alle papierdelen uit de machine worden verwijderd en let er hierbij op dat u niet de fotogeleidende drum (groene gedeelte) aanraakt.
PROBLEEMOPLOSSING Gedeelte C Verwijder het vastgelopen origineel uit het uitvoergedeelte. 3 Plaats het aantal originelen dat in de display wordt aangegeven, door het getal met een minteken ervoor terug in de origineelinvoerlade en druk op de [START] toets ( ). Het kopiëren wordt hervat vanaf de originelen die nog resteerden toen de storing optrad.
PROBLEEMOPLOSSING PAPIERSTORING IN DE MACHINE 1 Open de handvoerinlade en de zijklep. 2 Controleer de vastgelopen locatie. Verwijder het vastgelopen papier volgens de instructies voor elke locatie, zoals afgebeeld in de onderstaande afbeelding. Als het papier hier is vastgelopen, ga naar "B. Papierstoring in fuseereenheid" (p.95). Als het vastgelopen papier hier zichtbaar is, ga naar "C. Papierstoring in de transporteenheid" (p.96). Als het papier hier is vastgelopen, ga naar "A.
PROBLEEMOPLOSSING B. Papierstoring in fuseereenheid 1 Druk voorzichtig op de beide uiteinden van de voorplaat en open deze. 2 Draai de draaiknop van de rollen in de richting van de pijl. 4 Haal de ontgrendeling van de fuseereenheid omhoog. 5 Sluit de voor- en zijklep. De melding " Verwijder pap." verdwijnt en kopiëren is mogelijk. Draaiknop van de rollen 3 Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier.
PROBLEEMOPLOSSING C. Papierstoring in de transporteenheid 1 Open de fuseerpapiergeleider door het groengelabelde uitstekende deel op de geleider in te drukken en verwijder het vastgelopen papier. Zorg ervoor dat het papier niet scheurt tijdens het verwijderen. De fuseereenheid is heet. Raak de Waarschuwing fuseereenheid niet aan tijdens het verwijderen van vastgelopen papier. Dit kan brandwonden of letsel veroorzaken.
PROBLEEMOPLOSSING PAPIERSTORING IN DE BOVENSTE PAPIERLADE Opmerking 1 Verzeker u ervan dat er geen vastgelopen papier aanwezig is in de papierlade voordat u deze uittrekt. (p.94) Til de bovenste papierlade omhoog en trek deze eruit en verwijder het vastgelopen papier. Zorg ervoor dat het papier niet scheurt tijdens het verwijderen. 2 Open en sluit de zijklep. De melding " Verwijder pap." verdwijnt en kopiëren is mogelijk. Opmerking 3 • Druk bij het sluiten van de zijklep de hendel naar beneden.
PROBLEEMOPLOSSING PAPIERSTORING IN DE ONDERSTE PAPIERLADE Opmerking 1 • Verzeker u ervan dat er geen vastgelopen papier aanwezig is in de papierlade voordat u deze uittrekt. (p.94) • Volg ook onderstaande procedure om vastgelopen papier te verwijderen in de 250-vel en 2 x 250-vel papierinvoereenheid. Open de onderste zijklep. 5 Sluit de onderste papierlade. Pak de hendel om de onderste zijklep te openen. 2 Verwijder het vastgelopen papier.
TONERCARTRIDGE VERVANGEN Wanneer het pictogram voor toner vervangen ( ) verschijnt, is de toner bijna op. Schaf zo snel mogelijk een vervangende cartridge aan. Wanneer de melding " Vul toner bij." Kan niet kopiëren of printen.” in de display verschijnt, moet u de tonercartridge vervangen voordat u verder kunt gaan met kopiëren. Volg de stappen hieronder om de tonercartridge te vervangen.
7 Hoofdstuk 7 ROUTINEONDERHOUD In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de machine probleemloos gebruikt, inclusief het bekijken van de kopieteller en scanteller, de tonerniveau-indicator en het reinigen van de machine. CONTROLE VAN DE TOTALE UITVOERTELLING Als u het totale aantal uitgevoerde pagina's wilt controleren die gekopieerd, afgedrukt of gefaxt zijn en het totale aantal gescande pagina's, houd u de [KOPIEËN] toets ingedrukt als de machine in stand-by staat.
ROUTINEONDERHOUD REINIGING VAN DE GLASPLAAT EN SPF/RSPF/ORIGINEELKLEP Wanneer de glasplaat, onderkant van de origineelklep/SPF/RSPF of de scanner voor originelen vanaf de SPF/RSPF (het lange, dunne glazen oppervlak aan de rechterkant van de glasplaat) bevuild raken, kan dit vuil zich afzetten op de kopieën. Houd deze onderdelen dus altijd schoon. Vlekken of vuil op de glasplaat/SPF/RSPF worden ook gekopieerd.
ROUTINEONDERHOUD REINIGING VAN DE PAPIERINVOERROL VAN DE HANDINVOERLADE Reinig het oppervlak van de papierinvoerrol met een zachte, schone doek met alcohol of water, als er regelmatig papierstoringen optreden bij het invoeren van briefkaarten, enveloppen of dik papier in de handinvoerlade. Papierinvoerrol REINIGING VAN DE TRANSPORTLADE Als kopieën streperig en vlekkerig worden, is de transportlade mogelijk vuil. Volg de onderstaande stappen om de lade te reinigen. 1 Zet de hoofdschakelaar uit.
CONTRAST DISPLAY AFSTELLEN Het displaycontrast kan volgens de beschrijving hieronder worden afgesteld. 1 Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets. ON LINE DATA LINE DATA SPECIALE FUNCTIE KOPIEËN BELICHTING PAPIERFOR SCANNEN KLEUR MODUS RESOLU Het speciale functiescherm verschijnt. 2 Selecteer "CONTRAST DISPLAY" met de [ ] of [ ] toets. PQ DIGE KOPIE BELZ. SCANNEN BELZ. SCANNEN ACC 3 SPECIALE FUNCTIE KAARTFORM. KOPIE SPECIALE MODUS ORIG. FORM. INV.
8 Hoofdstuk 8 BIJLAGE Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de apparatuur en de extra onderdelen. Neem contact op met een erkend servicebedrijf om optionele apparatuur en onderdelen te bestellen. SPECIFICATIES (PRINTER EN SCANNER) PRINTERFUNCTIE Specificaties Afdruksnelheid* Resolutie Geheugen Emulatie Interfaceaansluiting Interfacekabels MX-182/MX-M182D Max. 18 ppm MX-M202D Max. 20 ppm MX-M232D Max. 23 ppm 600 dpi 128 MB SHARP SPLC (Sharp Printer Language with Compression) USB-aansluiting (USB 2.
BIJLAGE SCANNERFUNCTIE Specificaties Type Scanmethode Lichtbron Resolutie Origineeltypen Effectief scangebied Scansnelheid Invoergegevens Uitvoergegevens Scankleuren Protocol Interface Drop-out kleur Ondersteunde besturingssystemen Leeg gebied Interfacekabels Flatbed scanner Glasplaat/SPF/RSPF Koude kathode tl-buis Standaardinstelling: 150 dpi Instelbereik: 50 dpi -9600 dpi Bladen, gebonden documenten Ca.
OPTIONELE APPARATUUR Handige optionele apparatuur kan zonodig op de machine worden geïnstalleerd. Opmerking • Als onderdeel van ons beleid voor continue verbetering, behouden wij van SHARP ons het recht voor om, zonder kennisgeving vooraf, specificatie- en ontwerpwijzigingen aan te brengen. • Randapparaten zijn in principe optioneel, maar zijn in sommige modellen standaard ingebouwd.
BIJLAGE EENMALIG DOORVOERENDE ORIGINEELINVOER/ZELFOMKERENDE EENMALIG INVOERENDE ORIGINEELINVOER Voor de namen van de onderdelen SPF/RSPF, zie "ONDERDEELBENAMINGEN EN FUNCTIES" (p.17).
BIJLAGE 250-VEL PAPIERINVOEREENHEID/2 X 250-VEL PAPIERINVOEREENHEID Deze papierinvoereenheden verschaffen het gemak van verhoogde papiercapaciteit voor de kopieermachine en een grotere keuze uit papierformaten die klaar zijn om te kopieren. De AR-D36 bevat één papierlade voor 250 bladen en de AR-D37 bevat twee papierladen voor 250 bladen.
OPSLAG VAN VERBRUIKSARTIKELEN Standaard verbruiksartikelen voor dit product die door de gebruiker moeten worden vervangen zijn kopieerpapier en tonercartridge. Gebruik voor de beste resultaten alleen SHARP producten. Alleen originele SHARP verbruiksartikelen zijn voorzien van het Genuine Supplies-etiket. GENUINE SUPPLIES CORRECTE OPSLAG VAN VERBRUIKSARTIKELEN ● Sla de verbruiksartikelen op in een ruimte die: schoon en droog is, een stabiele temperatuur heeft, niet aan direct zonlicht wordt blootgesteld.
9 Hoofdstuk 9 GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN DOEL VAN DE SYSTEEMINSTELLINGEN De systeeminstellingen worden gebruikt door de beheerder van het apparaat om functies in of uit te schakelen aan de hand van de behoeften van uw werkplek. In deze handleiding worden alleen de systeeminstellingen uitgelegd die gemeenschappelijk zijn voor alle functies van het apparaat (kopieer- en printerfuncties), en systeeminstellingen die specifiek voor de kopieerfunctie zijn.
WACHTWOORD VOOR DE BEHEERDER PROGRAMMEREN 1 Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets. ON LINE DATA LINE DATA SPECIALE FUNCTIE KOPIEËN BELICHTING PAPIERFOR SCANNEN KLEUR MODUS RESOLU Het speciale functiescherm verschijnt. 2 Selecteer "SYSTEMINSTELLIN." met de toets [ ] of [ ]. PQ DIGE KOPIE BELZ. SCANNEN BELZ. SCANNEN ACC 3 SPECIALE FUNCTIE INGEST PAP FORM CONTRAST DISPLAY TOTAAL TELLER SYSTEMINSTELLIN. Druk op de [OK] toets.
LIJST MET SYSTEEMINSTELLINGEN Een lijst van basisprogramma's gebruikt voor de machine en een lijst programma's gebruikt voor de kopieerfunctie worden hieronder weergegeven. Programma's voor het algemeen gebruik van de machine Programma's voor de kopieerfunctie Programmanaam Programmanaam BEHEERDERSWACHTWOORD WIJZIGEN BEHEERDERSWACHTWOORD WIJZIGEN ACCOUNTCONTROLE CONTROLEMODUS TOTAAL/ACCOUNT RESET ACCOUNT CONTROLE ACC NR ACCOUNTLIMIET BEVEIL. ACC NR TAKEN ANNULEREN V. ONGELDIG ACC.
SYSTEEMINSTELLINGEN GEBRUIKEN 1 Druk op de [SPECIALE FUNCTIE] toets. ON LINE DATA SPECIALE FUNCTIE LINE DATA KOPIEËN BELICHTING PAPIERFOR SCANNEN KLEUR MODUS RESOLU Het speciale functiescherm verschijnt. 2 DIGE KOPIE BELZ. SCANNEN BELZ. SCANNEN ACC 3 OK GHI PQRS Geef beheerderswachtw. BEHEERDERSWACHTW: ----- KOPIE CANNEN Het invoerscherm voor het beheerderswachtwoord verschijnt. 4 MODUS SELECTEREN BEHEER. # WIJZ.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN ACCOUNTCONTROLE Deze programma's worden gebruikt om het gebruik van de machine per account te controleren. Als u toegang wilt hebben tot één van deze programma's, selecteert u "ACCOUNTCONTROLE" in het functieselectiescherm het gewenste programma in het accountregelingscherm en drukt op de [OK] toets. CONTROLEMODUS Dit programma wordt gebruikt om de accountregeling te activeren voor de kopieer-, afdruk- en scanfunctie.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN Het terugstellen van een individuele account Het wissen van een accountnummer 1 Selecteer "1 ACC. TERUGST." met de [ ] of [ ] toets en druk daarna op de [OK] toets. 1 Selecteer "VERWIJDEREN" met de [ ] of [ ] toets en druk daarna op de [OK] toets. 2 Selecteer het gewenste programma met de [ ] of [ ] toets. 2 3 Wanneer de weergegeven limietinstelling "- - -,- - -" is, is er geen limiet ingesteld. Als u alle accountnummers wilt wissen, selecteert u "ALLE ACC.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN ACCOUNTLIMIET BEVEIL. ACC NR Dit programma wordt gebruikt om de limieten van het aantal pagina's in te stellen dat geprint kan worden voor elke account in de afdruk- en kopieerfunctie. Wanneer dit programma is geactiveerd, staat de machine gedurende een minuut geen handeling toe, als er drie keer achtereenvolgens een verkeerd accountnummer wordt ingevoerd. Tijdens deze minuut wordt "Vraag de beheerder om assistentie" in het display weergegeven.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN APPARAATBEHEER PRINTERGEHEUGEN Deze programma's worden gebruikt om de instellingen van de hardwarefuncties van de machine te configureren. Als u toegang wilt hebben tot één van deze programma's, selecteert u "APPARAATBEHEER" in het functieselectiescherm, selecteert het gewenste programma in het scherm apparaatbeheer en drukt op de [OK] toets. WACHTEN KOPIEERLAMPINST.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN Systeemeisen voor USB 2.0 (Hi-Speedfunctie) De USB-poort op het apparaat ondersteunt de USB 2.0 Hi-Speedfunctie. Het onderstaande systeem is vereist voor USB 2.0 (Hi-Speedfunctie): De computer gebruikt Windows Vista/XP/2000 en het Microsoft USB 2.0-stuurprogramma is vooraf geïnstalleerd, of het USB 2.0-stuurprogramma voor Windows Vista/XP/2000 dat door Microsoft wordt geleverd via Windows Update is geïnstalleerd. * Zelfs wanneer het Microsoft USB 2.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN en daarna automatisch verdwijnen.) Selecteer uit "KORT (3 sec.)", "NORMAAL (6 sec.)" en "LANG (9 sec.)". De fabrieksinstelling is "NORMAAL (6 sec.)". Selecteer "BERICHTENTIJD" en druk op de [OK] toets. Het onderstaande scherm verschijnt. BERICHTENTIJD KORT (3 sec.) NORMAAL (6 sec.) LANG (9 sec.) 1 Selecteer het gewenste display met de [ of [ ] toets. 2 Druk op de [OK] toets. Selecteer "TOETSDRUKGELUID" en druk op de [OK] toets. Het onderstaande scherm verschijnt.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN Als u de instelling wilt activeren, selecteert u "INST. PAPIERFORMAAT UITSCH." en drukt u op de [OK] toets zodat er een checkmarkering in de checkbox verschijnt. Selecteer "TIMER AUTOMAT. UITSCHAKELEN" en druk op de [OK] toets. Het onderstaande scherm verschijnt. AUTO POWER UIT Als u de instelling wilt deactiveren, selecteert u "INST. PAPIERFORMAAT UITSCH." en drukt u op de [OK] toets zodat de checkmarkering in de checkbox wordt gewist.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN Deze functie is aanvankelijk niet geactiveerd (standaardfabrieksinstelling). STANDAARD RAND Als u de tonerbesparing wilt inschakelen, markeert u de "TONERBESPARING" en drukt u op de [OK] toets. Als u de tonerbesparing wilt uitschakelen, selecteert u dit programma en drukt u opnieuw op de [OK] toets om de checkmarkering te wissen. mm (0~20) 1 KOPIEER-INSTELLINGEN Stel de standaardrandbreedte bij met de [ ] of [ ] toets.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN KAARTFORMAAT STANDAARD (Wanneer het tweevoudige functieboard is geïnstalleerd) Dit programma wordt gebruikt om de standaardafmetingen in te stellen die verschijnen zodra het scherm kaartformaatinvoer wordt weergegeven. De fabrieksinstellingen zijn 86 mm voor de breedte (X) en 54 mm voor de lengte (Y). Selecteer "KARTFORMAAT STANDAARD" en druk op de [OK] toets. Het onderstaande scherm verschijnt. KAARTFORMAAT STND. FORM.
GIDS VOOR SYSTEEMINSTELLINGEN SELECT AUTO SORT (Wanneer het tweevoudige functieboard is geïnstalleerd) Dit programma wordt gebruikt om de standaarduitvoermodus te selecteren, wanneer de SPF/RSPF wordt gebruikt voor het kopiëren. De fabrieksinstelling is "SORTEREN". MAX. AANT. KOP. Dit programma wordt gebruikt om de limiet van het aantal kopieën in te stellen dat ingesteld kan worden (en in het display kan verschijnen) voor één kopieeropdracht. De fabrieksinstelling is "999 kopieën". Selecteer "MAX. AANT.
BEDIENINGSGIDS MXM232D-NL1