Operation Manual

5-58
SCANNER/INTERNETFAX
Inhoudsopgave
WEERGAVE-INSTELLINGEN
Instellingen voor het scannen van het origineel worden in het basisscherm van elke modus geselecteerd. De huidige
status van elke instelling verschijnt rechts van de voor het selecteren van de instelling gebruikte toets.
(1) Toets [Scanformaat]
Selecteer deze toets om scanformaat en de stand van
het origineel in te stellen, en 2-zijdige scaninstellingen te
selecteren.
AUTOMATISCH BEIDE ZIJDEN VAN EEN
DUBBELZIJDIG ORIGINEEL SCANNEN 2-zijdig
(origineel) (pagina 5-59), SCANFORMAAT
ORIGINEEL EN VERZENDFORMAAT OPGEVEN
(pagina 5-61)
(2) Toets [Verzendformaat]
Selecteer deze toets om het verzendformaat van het
origineel op te geven.
(3) Toets [Belichting]
Selecteer deze toets om de belichting voor het scannen
te selecteren.
BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD
WIJZIGEN (pagina 5-67)
(4) Toets [Resolutie]
Selecteer deze toets om de resolutie voor het scannen te
selecteren.
RESOLUTIE WIJZIGEN (pagina 5-69)
(5) Toets [Best.Indeling]
Selecteer deze toets om de indeling (bestandstype) van
het gescande beeldbestand te wijzigen.
BESTANDSINDELING WIJZIGEN (pagina 5-70)
(6) Toets [Kleurmodus]
Selecteer deze toets om de kleurenmodus voor het
scannen te selecteren.
Deze toets wordt niet weergegeven in de
Internetfaxmodus.
KLEURENMODUS WIJZIGEN (pagina 5-75)
(2)
(1)
(5)
(6)
(4)
(3)