Operation Manual

5-6
SCANNER/INTERNETFAX
Inhoudsopgave
VEREISTE INSTELLINGEN OP DE WEBPAGINA'S
Om de scanmodus en internetfaxmodus te gebruiken, moeten de basisinstellingen voor de netwerkscanner, de
serverinstellingen zoals SMTP- en DNS-instellingen, en het adres van de afzender op de webpagina's worden
geconfigureerd.
Serverinstellingen
Als u serverinstellingen wilt configureren, klikt u op [Netwerkinstellingen] en vervolgens op [Services instellingen] in
het menu van de webpagina. (Beheerderrechten zijn vereist.)
Elementaire netwerkscannerinstellingen
Als u netwerkscannerinstellingen wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op
[Netwerkscannerinstellingen] in het menu van de webpagina. (Beheerderrechten zijn vereist.)
Internet Fax-instellingen
Als u netwerkscannerinstellingen wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [Internet
Fax-instellingen] in het menu van de webpagina. (Beheerderrechten zijn vereist.)
BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK
OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS
Voor het Scannen naar FTP, Scannen naar desktop en het Scannen naar netwerkmap moeten bestemmingen in het
adresboek worden opgeslagen. Hoewel bestemmingen voor Scannen naar E-mail en Internetfax niet opgeslagen
hoeven te zijn in het adresboek (ze kunnen direct worden ingevoerd of opgezocht in een globaal adresboek op het
moment van verzenden), werkt het selecteren van adressen wel veel handiger vanuit het adresboek.
Als de toets [Adresboek] wordt geselecteerd, verschijnt het volgende scherm.
(1) [Toevoegen]
Gebruik deze toets om een nieuw adres toe te voegen.
(2) Lijstweergave
Hiermee wordt een lijst van de opgeslagen adressen
weergegeven. U kunt een adres selecteren om het scherm
voor bewerking of verwijdering voor dit adres te openen.
Welke instellingen u kunt selecteren varieert afhankelijk van de geïnstalleerde randapparatuur.
(2)
(1)