Operation Manual

2-48
KOPIEERMACHINE
Inhoudsopgave
KOPIËREN VAN DUNNE ORIGINELEN
(Langzame scanmodus)
Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade.
Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen.
U kunt de toetsen op het display selecteren met de pijltoetsen en de [OK]-toets.
1
Steek de originelen met de voorzijde
naar boven in de lade van de
origineelinvoer.
Steek de originelen helemaal in de lade van de origineelinvoer.
In de origineelinvoerlade kunnen meerdere originelen worden
geplaatst. De stapel originelen mag niet hoger zijn dan de
indicatiestreep op de lade.
Plaats het origineel en geef dan het formaat origineel op.
FORMATEN ORIGINEEL (pagina 2-28)
Als de originelen met teveel kracht worden ingebracht, kunnen ze kreuken en vastlopen.
2
Selecteer Langzame scanmodus.
(1) Selecteer de toets [Spec. Functies].
Menu voor speciale functies (tweede scherm) (pagina
2-40)
(2) Schakel het selectievakje [Langz. scanm.] in
.
(3) Druk op de toets [VORIGE].
U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie.
3
Druk op de toets [STARTEN KLEUR] of de toets [STARTEN ZWART-WIT].
Het kopiëren begint.
Als u scannen en kopiëren wilt annuleren...
Druk op de toets [STOP] ( ).
D
C
B
A
D
C
B
A
Markeerstreep
OKVORIGE
(3)(2)