Operation Manual

Basisinstelling
OPMERKING
Het onderdeel voorzien van een * is alleen beschikbaar wanneer
“HDMI1”, “HDMI2”, “HDMI3” of “EXT4” in het “INGANGSBRON”
menu is geselecteerd.
Het onderdeel voorzien van ** is alleen beschikbaar wanneer een
“x.v.Colour” signaal via de HDMI-aansluiting binnenkomt.
•
•
Zwart-wit
Voor weergave van een beeld in zwart-wit.
Bereik van OPC
Het helderheidsniveaubereik voor de automatische
instellingen van de OPC sensor kan naar eigen voorkeur
worden ingesteld. Het bereik van de OPC sensor kan op
maximaal e16 en op minimaal f16 worden ingesteld.
Beschikbare
instellingen
Beschrijving
Max.
f16 t/m e16
Min.
f16 t/m e16
OPMERKING
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer het onderdeel “OPC”
op “Aan” of “Aan:Display” is ingesteld.
De maximuminstellling kan niet op een lager getal dan de
minimuminstelling worden ingesteld.
De minimuminstellling kan niet op een hoger getal dan de
maximuminstelling worden ingesteld.
De maximum- en minimuminstellingen kunnen niet op hetzelfde
getal worden ingesteld.
Afhankelijk van de helderheid van het omgevingslicht is het mogelijk
dat de OPC sensor niet werkt wanneer het instelbereik erg klein is.
•
•
•
•
•
STANDAARD: Voor een goed gedefinieerd beeld in een normaal
verlichte kamer.
FILM:
Voor het kijken naar een film in een donker gemaakte kamer.
FILM (huiskamer): Voor het kijken naar een film zoals een CG
animatie met dynamische beeldkwaliteit.
SPEL: Voor het spelen van videospelletjes.
PC*: Voor de PC.
x.v.Colour**: Voor weergave van een zeer realistische kleur op
het TV-scherm.
GEBRUIKER:Voor het aanpassen van de instellingen door de
gebruiker. U kunt de gewenste instelling voor elke ingangsbron
apart kiezen.
DYNAMISCH(Vast): Voor een scherp beeld met een sterk
contrast, bijv. bij weergave van sportprogramma's (De “Beeld”
en “Audio” instellingen kunnen niet worden veranderd).
DYNAMISCH: Voor een scherp beeld met een sterk contrast,
bijv. bij weergave van sportprogramma’s.
OPMERKING
Afhankelijk van het ingangssignaaltype of wanneer er storingen in
het ingangssignaal zijn, is het mogelijk dat “3D-Y/C” niet werkt.
“3D-Y/C” heeft zelfs meer effect op composietvideosignalen (FBAS).
•
•
Filmmodus
Deze functie kan automatisch een bron die gebaseerd is op
filmmateriaal (d.w.z. oorspronkelijk opgenomen met 24 of 25
frames per seconde, afhankelijk van de verticale frequentie)
detecteren, waarna deze geanalyseerd wordt en elk beeld
zodanig wordt weergegeven dat een beeldkwaliteit met hoge
definitie wordt verkregen.
Actief contrast
Hiermee wordt het contrast van een beeld automatisch
afgesteld overeenkomstig de scène.
Gamma-instellingen
Selecteer het tintverschil van de helderheid en donkerheid van
het beeld overeenkomstig het type programma dat bekeken
wordt. U kunt kiezen uit vier instellingen (“Functie 1”, “Functie
2”, “Functie 3” of “Functie 4”).
OPMERKING
Wanneer “AV FUNCTIE” op “x.v.Colour” of “PC” is ingesteld, kunt u
de gammaselectie niet veranderen.
Ruisonderdr.
De “Ruisonderdr.” functie zorgt voor een scherper beeld
(“Uit”, “Hoog”, “Midden”, “Laag”).
3D-Y/C
Via detectie van de veranderingen in het beeld zorgt deze
functie voor een beeld van hoge kwaliteit met minimaal dot-
verloop en kleuroverspraakruis.
•
Standaard: Normale afstelling.
Snel:
Instellen van de optimale beeldkwaliteit voor snel bewegende beelden.
Langzaam: Instellen van de optimale beeldkwaliteit voor
langzaam bewegende beelden.
Instellingen
Audio-instellingen
Audio
Balans
Hoog
Surround
Reset
[ 0]
[ 0]
–15
L
+15
R
[Uit]
Geluidsmodus [Functie 4]
Laag
[ 0] –15
+15
DYNAMISCH
Geluidsbijregeling
Audio
Gebruik de onderstaande instelfuncties om het geluid
naar wens bij te regelen.
Beschikbare
instellingen
c toets d toets
Hoog
Minder hoge tonen Meer hoge tonen
Laag
Minder lage tonen Meer lage tonen
Balans
Verlagen van de
geluidssterkte van de
rechter luidspreker
Verlagen van de
geluidssterkte van de
linker luidspreker
AV FUNCTIE
De “AV FUNCTIE” biedt verschillende instellingen om
de weergave op het beeldscherm aan te passen aan
de omgeving, om op deze wijze te compenseren voor
factoren zoals de verlichting in de kamer, het type
programma dat weergegeven wordt of het type beeld
dat vanaf de externe apparatuur wordt ontvangen.
Druk op AV MODE.
Bij enkele malen indrukken van AV MODE
worden de instellingen achter elkaar doorlopen.
U kunt de instelling ook veranderen op het “Beeld” en
“Audio” menuscherm door op AV MODE te drukken.
1
2
•
32
Instellingen