Operation Manual
203
SD CARD-modus (SD-kaart)
De gegevens van het kasregister kunnen op de SD-geheugenkaart worden opgeslagen en de
programmeringsgegevens kunnen van de SD-geheugenkaart worden geladen.
Om de SD-kaartfunctie te gebruiken, selecteert u in het venster voor modusselectie “8 SD CARD MODE” (8
SD-kaartmodus) en voert u de volgende handelingen uit.
■
Een SD-geheugenkaart invoegen en verwijderen
De SD-kaartsleuf bevindt zich aan de voorkant van uw kasregister.
Een SD-geheugenkaart invoegen
Voeg een SD-geheugenkaart in de SD-kaartsleuf terwijl het
afgedrukte SD-logo opwaarts is gericht. Druk de kaart stevig met
een vinger in totdat u een klik hoort en laat het dan langzaam
los.
De SD-geheugenkaart verwijderen
Duw zachtjes met een vinger tegen de kaart en zorg dat het
vrijkomt. De kaart komt eruit.
OPMERKING
• Dit model ondersteunt alleen SDHC-kaarten (4GB~32GB). Gebruik van andere types SD-kaarten zoals
mini SD, micro SD, enz. met een adapter wordt niet ondersteund.
• Als u de SD-geheugenkaart invoegt of verwijdert, dient u ervoor te zorgen dat u het langzaam los laat.
Anders kan de kaart eruit springen en uw vinger verwonden.
• U mag de SD-geheugenkaart nooit aanraken of verwijderen als het in gebruik is, anders kunnen de gegevens
die erop zijn opgeslagen, beschadigd raken.
• Door de SD-geheugenkaart te formatteren, worden alle gegevens erop, gewist.
LET OP: Schakel nooit de voeding uit terwijl de SD-geheugenkaart in gebruik is.
■
SD-kaart formatteren
Als de SD-kaart nog niet is geformatteerd, dient u het te formatteren.
Procedure
(1) Selecteer “4 FORMATTING” in de SD CARD-modus . Het bevestigingsvenster verschijnt.
(2)
Om de formattering uit te voeren, selecteert u OK en drukt u op de toets
E
.
Om de handeling te annuleren, selecteert u CANCEL en drukt u op de toets
E
.
■
Map maken
Voor het gegevensbestand kan de hoofdmap worden gemaakt.
(/ SHARP/ ECRXXX16/ nnnnnnnn/ : nnnnnnnn/naam map)
Procedure
(1)
Selecteer “3 FOLDER CONTROL” in de SD CARD-modus en druk op de toets
E
.
(2) Selecteer “1 CREATE FOLDER”. Het venster voor het invoeren van de mapnaam wordt weergegeven.
(3)
Voer de vereiste mapnaam in en druk op de toets
E
.
Om de bewerking te annuleren, drukt u op de toets
c
.