Operation Manual

117
HW;
i
(TEXT)
(
j
)*
(
k
)*
(
B
)*
S)
: Gebruikt voor het programmeren van tekens. Ga voor meer informatie over het
programmeren van tekens naar de paragraaf “Hoe alfanumerieke tekens te
programmeren”.
Ook wordt de toets
;
gebruikt om het recorditem te verwijderen.
|
I
: Gebruikt om de cursor te verplaatsen.
E
(
ENTER
()
)*
: Wordt gebruikt voor het programmeren van iedere instelling.
A
: Gebruikt om elke instelling te programmeren en om programmeren te voltooien.
c
(
+
)*
: Gebruikt om programmering te annuleren en om naar het vorige scherm terug te
keren.
(
g
)*
: Gebruikt om naar het vorige record terug te keren, bijv. van het programmeringsvenster
van afdeling 2 terug naar het programmeringsvenster van afdeling 1.
(
h
)*
: Gebruikt om naar het volgende record te gaan, bijvoorbeeld om eenheidsprijzen voor
opvolgende afdelingen te programmeren.
(
x
)*
: Gebruikt om op het venster naar de volgende pagina te bladeren.
(
z
)*
: Gebruikt om op het venster terug naar de vorige pagina te bladeren.
l
: Gebruikt om de laatste instelling die u hebt geprogrammeerd, te wissen of om de
foutstatus te wissen.
P
: Gebruikt om tussen twee of meer opties te schakelen.
s
:
Gebruikt om de opties in een lijst te tonen waartussen u met de toets
P
kunt
schakelen.
Numerieke toetsen : Gebruikt om cijfers in te voeren.
* De toetsen tussen haakjes zijn die van het ER-A421-toetsenbord. In de volgende paragrafen worden de
procedure en toetsbediening beschreven van de toetsen op het ER-A411-toetsenbord.