Operation Manual

31
Opmerking: Het decimaalteken drijft bij opeenvolgende berekeningen waarbij
of gebruikt wordt.
Als de decimaal-keuzeschakelaar op F staat, wordt de uitkomst altijd naar
beneden afgerond (
).
PAPIERTOEVOERTOETS
NIET-TOEVOEGEN / SUBTOTAAL TOETS:
Niet toevoegen Wanneer meteen nadat een getal is ingevoerd op deze toets wordt
gedrukt, en de calculator staat in de afdrukstand, zal het getal aan
de linkerzijde afgedrukt worden samen met het # symbool.
Gebruik deze toets om getallen af te drukken die niet in de
berekeningen moeten worden opgenomen (zoals een code of
datum).
Subtotaal Gebruik deze toets om de subtotalen van optellingen en/of
aftrekkingen te berekenen. Als na het indrukken van
+
of
op
deze toets wordt gedrukt, zal het subtotaal samen met het symbool
worden afgedrukt en kan de berekening worden vervolgd.
WISSEN / INVOER WISSEN TOETS:
Wissen De toets werkt eveneens als wistoets voor het rekenregister
en herstelt een eventuele fout-conditie.
Invoer wissen Wanneer op de toets wordt gedrukt nadat een getal is
ingevoerd, maar voordat de rekenfunctietoets is ingedrukt,
wordt het getal gewist.
TOTAAL TOETS:
Wanneer op de toets wordt gedrukt nadat er op
+
of op
is gedrukt, wordt
het totaal van de optelling of aftrekking afgedrukt samen met het symbool
.
GELIJKTEKEN TOETS :
Geeft de uitkomst voor vermenigvuldigingen of delingen en voert
herhalingsberekeningen uit met een constante.
Vermenigvuldigen:
De calculator onthoudt automatisch het eerste getal dat wordt ingevoerd (het
vermenigvuldigtal) en de instructie.
Delen:
De calculator onthoudt automatisch het tweede getal dat wordt ingevoerd (de
deler) en de instructie.
C
CE
+
STR
POSITIEF/NEGATIEF-OMSCHAKELTOETS:
Voor het veranderen van het algebraïsche teken van een getal(positief naar
negatief, of omgekeerd).
PRIJSBEREKENINGSTOETS:
Voor het berekenen van procentuele verhogingen, winstmarge, procentuele
veranderingen en toeslag / korting op bedragen.
GEHEUGEN ‘OPROEP- EN WISTOETS’
GEHEUGEN OPROEPTOETS
TARIEF-INSTELTOETS:
Deze toets wordt gebruikt voor het vastleggen van het belastingtarief.
Maximaal kunnen 4 cijfers worden vastgelegt (het decimaalteken wordt niet
als een cijfer geteld).
Er kan slechts één tarief worden vastgelegt. Bij het vastleggen van een
nieuw tarief komt het oude tarief te vervallen.
INCLUSIEF-BELASTINGTOETS
VÓÓR-BELASTING TOETS
M : Geheugen-symbool
Verschijnt als er een getal in het geheugen is.
: Min-symbool
Geeft een negatief getal aan.
E : Fout-symbool
Verschijnt wanneer er een overloopfout of andere fout wordt
waargenomen.
TAX+ : Inclusief-belasting symbool
Verschijnt wanneer het berekende totaal inclusief belasting is.
TAX- : Vóór-belasting symbool
Verschijnt wanneer het berekende totaal exclusief belasting is.
TAX : Belastingtarief-symbool
Verschijnt wanneer het belastingtarief wordt ingesteld.
DISPLAY SYMBOLEN:
TAX
+
TAX
-
#
MU
M
M