Operation Manual

16
5
Waaier het papier en plaatshet in de lade. Zorg ervoor dat de
randen onder de hoeken zitten.
6
Schuif de papierlade weer voorzichtig in het apparaat.
Laad het papier niet boven de maximumhoogte markering ( ). Het
overschrijden van de markering heeft papierstoring ten gevolg.
Zorg dat het papier vrij is van scheuren, stof, kreukels en omgekrulde
of gevouwen hoeken.
Controleer of het papier in de papierstapel van het zelfde soort en
formaat is.
Zorg bij het laden van papier, dat er geen ruimte tussen het papier en
de papiergeleider is en dat de papiergeleider niet te nauw is ingesteld
zodat het papier niet buigt. Anders zullen er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, dient u het papier uit
het apparaat te verwijderen en op een droge plaats te bewaren. Indien
er langere tijd papier in het apparaat blijft, zal dit vocht uit de lucht
opnemen, waardoor er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u nieuw papier in de papierlade vult, dient u het oude papier
te verwijderen. Indien u nieuw papier op het oude papier plaatst
kunnen er meerdere bladen tegelijkertijd worden ingetrokken.
Als het uitgevoerde papier omkrult, kan het helpen om het papier in de
lade om te keren.
Opmerking
Opmerking