Operation Manual

35
3
BEDIENING VAN KOPIEER-,
PRINTER- EN SCANNERFUNCTIES
Sommige handelingen kunnen niet tegelijkertijd worden uitgevoerd wanneer de machine in de kopieer-, printer-of
scannerfunctie staat.
*
1
Kan worden gebruikt nadat er op de [ONDERBREKING]-toets ( ) is gedrukt.
*
2
Het afdrukken zal beginnen wanneer er op de [WIS ALLES]-toets ( ) wordt gedrukt nadat de kopieeropdracht is beëindigd, of
wanneer erop de [ON LINE]-toets ( ) wordt gedrukt om de machine in de online stand te zetten. Het afdrukken begint ook
nadat de automatische terugsteltijd stopt, of 60 seconden nadat de "Automatische terugsteltijd" is gedeactiveerd.
*
3
De afdrukopdracht wordt onderbroken en het kopiëren begint.
*
4
De scanopdracht wordt opgeslagen en het scannen begint nadat de afdrukopdracht is beëindigd.
*
5
De afdrukopdracht wordt opgeslagen in de computer en het afdrukken begint nadat de scanopdracht is beëindigd.
Functies Kopiëren Afdrukken
Scannen vanaf
een computer
Scannen vanaf
de
kopieermachine
Kopie
Kopieertoets-invoer
Ja Ja Ja Nee
Tijdens kopiëren
Ja*
1
Nee*
2
Nee Nee
Printer Tijdens het afdrukken
Ja*
3
Nee Ja*
4
Ja*
4
Scanner
Tijdens
scanvoorbeeld/
tijdens scannen
Nee Nee*
5
Nee Nee
!Chapter4.fm 35 ページ 2004年3月26日 金曜日 午前11時38分