Operation Manual

11
VOORBEREIDING
11
11
1 ALARM INDICATOR
Deze knippert en geeft informatie betreffende de instelling
of de batterijtoestand. (blz. 57-59)
22
22
2 LAMP VERVANG INDICATOR
Deze gaat geel oplichten wanneer de projectielamp aan
vervanging toe is. (blz. 64)
33
33
3 AAN/UIT TOETS
Om de projector aan of uit te zetten. (blz. 21, 22)
44
44
4 INPUT TOETS
Om de bron te kiezen, Computer of Video. (blz. 29-30, 39,
40)
55
55
5 KEYSTONE TOETS
Om de trapeziumvervorming te corrigeren. (blz. 25)
66
66
6
u d l ru d l r
u d l ru d l r
u d l r TOETSEN (Volume +/-)
• Deze worden gebruikt om een item in het MENU aan te
duiden of te regelen. (blz. 23)
Ook gebruikt voor de Digitale zoom functie. (blz. 38)
• Instelling van het klankvolume. (toetsen l/r blz. 26)
Bovenkant van de projector
77
77
7 SELECT TOETS
Deze toets drukken om het gekozen item in het menu te
activeren. (blz. 23) Ook gebruikt voor de DIGITAL ZOOM functie
en instelling van de beeldafmeting. (blz. 38)
88
88
8 ALARM INDICATOR (Warning)
Deze gaat aan wanneer er zich een anomalie voordoet. Gaat
rood knipperen wanneer de inwendige temperatuur te hoog
opgelopen is. (blz. 61, 64)
99
99
9 AAN/UIT INDICATOR (Power)
Deze gaat rood knipperen van zodra de projector klaar is
om aangezet te worden. Gaat rood aan wanneer de projector
in stand-by staat. Tijdens de werking is deze indicator groen.
(blz. 21, 22)
AUTO TOETS
Om de vervorming van de projectie, Fine sync, Totals dots en
Positie te corrigeren. (blz. 25, 46)
A&A&
A&A&
A& MENU TOETS
Deze toets brengt de MENU functie op het scherm.
(blz. 23)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
A&