Operation Manual
5-6
Bediening
Huidige datum: 27 janvier 2005
C:\Documents and Settings\g092899\Desktop\MFK V2 LU 251 861 107A MF3760_3780 SMB_ NL\Utilisation NL.fm
Selecteer Z/W SCAN of KLEURENSCAN.
Regel indien nodig het contrast en bevestig met OK.
Selecteer het type documentinvoer, INVOER of GEHEUGEN en bevestig met OK (zie sectie
Documentinvoer, pagina 3-4).
U kunt aangeven hoeveel pagina's het te verzenden document telt. Bevestig met OK.
Bevestig de verzending op een later tijdstip met de toets .
Het document wordt in het geheugen opgeslagen en zal op de geprogrammeerde tijd worden verzonden.
Opmerking : In geval van "Later verzenden" dient u te controleren of het document in de invoer of in de scanner in de juiste
stand ligt.
Verzenden met controle van nummering
Met deze functie kunt u via de luidspreker horen hoe het nummeren verloopt tijdens het verzenden van
een fax. De maximum transmissiesnelheid is dan 14400 bps.
U kunt dan, bijvoorbeeld :
• horen of de fax van uw contactpersoon bezet is en de verzending starten op een moment dat de
lijn vrij is,
• controleren of de communicatie goed verloopt, mocht u niet zeker zijn van het nummer, enz
Ga als volgt te werk om handmatig verbinding te maken:
Plaats het document in de documentinvoer van de fax.
Druk op de toets .
Stel, indien gewenst, het geluidsniveau in met de toetsen 5 of 6 van de navigator.
Voer, als u dat niet eerder al deed, het nummer van uw contactpersoon in (of zie sectie Toets
nummerherhaling gebruiken, pagina 5-4 om het laatst gebruikte nummer te herhalen).
Zodra u de meldtoon van de externe fax hoort is de lijn beschikbaar en kunt u de verzending starten.
Druk op de toets om het zenden van het document te starten.
Als uw fax geconfigureerd is voor het afdrukken van een zendjournaal (zie sectie Basisinstellingen,
pagina 3-1), zal dit journaal geen verkleinde weergave van de eerste pagina van het verzonden
documenten tonen en krijgt u een bericht van handmatige verbinding.
Doorsturen
Met deze functie kunt u ontvangen faxen doorsturen naar een contactpersoon in het telefoonboek. Om
deze functie te gebruiken, moet u de volgende twee handelingen uitvoeren: stel het adres in van de fax
waarnaar u het document wilt doorsturen in en activeer het doorsturen.
Doorsturen activeren
391 OK - FAX / REROUTING / ACTIVEREN
Selecteer met de navigatietoetsen or de optie >>3911 MET.
Druk ter bevestiging op de toets OK.
Opmerking : Als u de functie ZONDER selecteert, worden de menu's 392 en 393 niet meegenomen in de uitdraai van het
functieoverzicht.