Instruction Manual
9
NL
Functies
1. Was de vruchten en groenten die
u wilt persen.
2. Zorg dat de sapcentrifuge goed in elkaar
is gezet. Raadpleeg de sectie Uw Sage-
product in elkaar zetten. Zorg dat de sapkan
onder de saptuit staat en dat de opvangbak
voor de pulp op zijn plaats zit voordat u
begint met persen.
3. Sluit het netsnoer aan op een stopcontact
van 220 - 240 V. Zet het apparaat aan. Kies
de gewenste snelheid. Zet de tweevoudige
snelheidsschakelaar omhoog voor langzaam
of omlaag voor snel, afhankelijk van het type
fruit of groenten dat u wilt persen. Gebruik
de tabel voor snelheidskeuze als richtlijn
voor het persen van verschillende soorten
groenten en fruit.
4. Terwijl de motor draait, plaatst u de
ingrediënten in de vultrechter en gebruikt
u de fruit- en groentedrukker om de
ingrediënten voorzichtig naar beneden te
duwen. Duw de fruit- en groentedrukker altijd
langzaam naar beneden om zoveel mogelijk
sap te persen.
WAARSCHUWING
Gebruik nooit uw vingers om ingrediënten door
de vultrechter te duwen of om de vultrechter
leeg te maken. Gebruik altijd de meegeleverde
fruit- en groentedrukker.
snelheidskeuze
Appels Snel
Abrikozen (zonder pit) Langzaam
Rode biet (bijgesneden) Snel
Bosbessen Langzaam
Broccoli Langzaam
Spruitjes (bijgesneden) Snel
Kool Langzaam
Wortels Snel
Bloemkool Langzaam
Selderij Snel
Komkommer (geschild) Langzaam
Komkommer, zachte schil Snel
Venkel Snel
Druiven (pitloos) Langzaam
Kiwi (geschild) Langzaam
Mango's (geschild, pit
verwijderd)
Langzaam
Meloenen (geschild) Langzaam
Nectarines (zonder pit) Langzaam
Sinaasappelen (gepeld)
Snel of
langzaam
Perziken (zonder pit) Langzaam
Peren (zonder steeltjes)
Snel voor hard
of Langzaam
voor zacht
Ananas (geschild) Snel
Pruimen (zonder pit) Langzaam
Frambozen Langzaam
Tomaten Langzaam
Watermeloen (geschild) Langzaam










