Quick Start Guide
26
Finesses
“Follow-Me-Home”-verlichting
Wanneer u de functie “Follow-Me-Home” acti-
veert, blijven de dimlichten
nog ca. 30 seconden lang branden nadat u de
motor hebt afgezet en het bestuurdersportier
hebt gesloten.
1 Neem de afstandsbediening uit.
2 Open het bestuurdersportier.
3 Haal de hendel voor het wisselen van groot
licht/dimlicht tot in de eindstand naar het
stuurwiel toe.
4 Sluit het portier, waarna het dimlicht
nog ca. 30 seconden lang blijft branden.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Instrumenten
en bediening.)
“Lead-Me-to-the-Car”-verlichting
De functie “Lead-Me-to-the-Car” maakt het u
makkelijker om uw auto terug te vinden op een
parkeerplaats. U kunt de functie ook gebruiken
om iemand af te schrikken die tracht in te
breken in de auto.
U schakelt de buiten- en binnenverlichting in
met de toets op het afstandsbediening.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Sloten en dief-
stalalarm.)
Op afstand openen/sluiten 3
Bij het op afstand openen/sluiten opent of sluit
u alle zijruiten en een eventueel zonnedak
vanaf de afstandsbediening.
• Openen door toets op de
afstandsbediening 2 seconden lang inge-
drukt te houden.
• Sluiten door toets op de
afstandsbediening 2 seconden lang inge-
drukt te houden.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Interieur.)
Gekoeld dashboardkastje 3
Er zit een schuifluikje in het dashboardkastje
dat kan worden geopend om koude lucht aan te
voeren (alleen auto’s met ACC). Dit maakt het
mogelijk om bijv. chocolade ook bij warm weer
koel te bewaren.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Interieur.)
Remlichten buiten werking
Als de gloeilamp van een van de remlichten
kapotgaat, zal het achterlicht naast de kapotte
gloeilamp dienst doen als remlicht. Er ver-
schijnt dan een storingsmelding op het SID om
aan te geven dat het remlicht kapot is.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Onderhoud
van de auto.)
Koplamphoogteverstelling 3
Op auto’s met halogeenlampen stelt u de kop-
lamphoogte af door de bijbehorende draaiknop
linksom te draaien. Stand 1 - lichte belading,
stand 3 - maximale belading.
Auto’s met xenonlampen zijn voorzien van
automatische koplamphoogteverstelling.
Afhankelijk van de belading van de auto wordt
de koplamphoogte telkens dusdanig bijgesteld
dat tegenliggers niet worden verblind.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Instrumenten
en bediening.)
Night Panel
Om bij donker een behaaglijker verlichting in de
auto te creëren kunt u de functie Night Panel
activeren. Deze functie beperkt de hoeveelheid
visuele informatie, zodat u alleen de belang-
rijkste informatie krijgt.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Instrumenten
en bediening.)
Hulpverwarming 3
Auto’s met dieselmotor: Op sommige
markten zijn auto’s met een dieselmotor uitge-
rust met hulpverwarming. Deze hulpverwar-
ming werkt op dieselolie en start automatisch
bij het aanslaan van de motor, als de koelvloei-
stoftemperatuur lager is dan 75°C en het buiten
kouder is dan +8°C.
Het symbool op het hoofdinstrument
brandt altijd wanneer de koelvloeistoftempera-
tuur lager is dan +75°C en de buitentempera-
tuur lager is dan +8°C.
De hulpverwarming zorgt ervoor dat de motor
sneller op bedrijfstemperatuur komt.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Technische
gegevens.)










