Quick Start Guide
25
Achteruitkijkspiegel en
zijspiegels
Zijspiegels
1 Zijspiegel kiezen
2 Drukplaatje voor het instellen
3 Elektrisch inklappen 3
4 Zijspiegel aan passagierszijde inklappen tijdens
het achteruitrijden 3
Achteruitkijkspiegel, handbediend
1 Normale stand
2 Anti-verblindingsstand
Achteruitkijkspiegel, automatische
anti-verblindingsregeling
3
1 Automatische anti-verblindingsregeling aan/uit
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Interieur.)
Akoestisch
parkeerhulpsysteem
3
Het parkeerhulpsysteem helpt u bij het achter-
uitrijden en parkeren. Het systeem wordt auto-
matisch geactiveerd, wanneer u de achteruit-
versnelling inschakelt. Het systeem registreert
obstakels tot op ca. 1,8 m achter de auto. Wan-
neer er zich een obstakel binnen het meetge-
bied bevindt, geeft het systeem geluidssig-
nalen af. Wanneer de auto het obstakel tot op
ca. 90 cm genaderd is volgen de geluidssig-
nalen elkaar merkbaar sneller op. Bij een
afstand van minder dan ca. 30 cm vloeien de
signalen over in één lange toon.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Starten en
rijden.)
Automatische
versnellingsbak
Trap op het rempedaal en houd de vergrende-
lingsknop op de keuzehendel ingedrukt, wan-
neer u de keuzehendel uit stand P of N wilt
halen.
SPORT-programma 3
Het programma wordt ingeschakeld met de
knop SPORT (pos. 11, blz. 4). De schakel-
punten worden dusdanig gewijzigd dat er bij
dezelfde gaspedaalstand later wordt opge-
schakeld en eerder wordt teruggeschakeld.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Starten en
rijden.)
Gevarendriehoek 3
De gevarendriehoek zit met klittenband op de
bekleding van de bagageruimte vast.
Plaats een gevarendriehoek op 50–100 meter
achter de auto, zodat achteropkomend verkeer
tijdig wordt gewaarschuwd. Als heuvels e.d.
het zicht belemmeren, moet u een grotere
afstand aanhouden.
(Zie Instructieboekje, hoofdstuk Instrumenten
en bediening.)










