Operation Manual

99
JX-305 – Handleiding
3. Stel met de [DEPTH]-regelaar de diepte in.
Hoe hoger de waarde die u kiest, hoe intenser de toon-
hoogte wordt gemoduleerd. Door negatieve waarden
te kiezen keert u de envelope-curve om.
Overige parameters
1. Druk op NUMBER [3] (PITCH].
2. Kies met PAGE [<][>] de benodigde parameter en
edit hem.
Coarse Tune & Fine Tune
Zie blz. 76.
Rnd Pitch
(0~1200) Hiermee bepaalt u in hoeverre de toon-
hoogte van iedere noot willekeurig varieert. Hoe hoger
de waarde die u kiest, hoe groter de willekeurige toon-
hoogtevariatie. Kiest u “0”, dan blijft de toonhoogte
constant.
ENV Depth
Zie hierboven.
Velo Sens
(-100~+150) Hiermee bepaalt u in welke mate de
intensiteit van de Pitch Envelope afhangt van de
kracht waarmee u de toetsen aanslaat. Kiest u posi-
tieve (+) waarden, dan is de toonhoogtebuiging ster-
ker naarmate u de toetsen harder indrukt. Bij nega-
tieve (–) waarden gebeurt het omgekeerde: de toon-
hoogtebuiging wordt minder uitgesproken naarmate u
de toesten harder indrukt.
Velo Time
(-100~+100) Hiermee kiest u in welke mate de kracht
waarmee u de toetsen op klavier aanslaat bepalend is
voor de totale duur van de Pitch Envelope.
Kiest u positieve waarden, dan worden Time1~4 snel-
ler als u de toetsen harder aanslaat. Kiest u negatieve
waarden, dan worden Time1~4 in dat geval trager.
We hebben al gezien hoe u met de regelaars op het
frontpaneel de “grove contouren” van de envelope
kunt regelen. De JX-305 bevat echter nog een aantal
extra parameters waarmee u genoemde curve hele-
maal in detail kunt “uittekenen”.
Time 1~4 & Level 1~4
Zie blz. 79.
ENVELOPE
LFO 1
EFFECTS
DEPTH FILTER
AMP
PITCH
+
0
-
FX ON / OFF
EDIT
3 HH
PITCH
PAG E
LOWER UPPER