Operation Manual

Songs programmeren Song weergeven
146
15. Songs programmeren
Een Song van de JX-305 is een aaneenschakeling van Patterns. Bij de weergave doet zo’n Song wat u normaal zelf doet:
telkens het patroon selecteren dat u na het huidige Pattern wilt horen. Op die manier hebt u de handen vrij om iets
anders te doen (bijvoorbeeld aan de filterknoppen draaien). Iedere Song kan uit maximaal 50 Patterns bestaan.
15.1 Song weergeven
1.
Druk in de SEQUENCER-sectie op [MODE] (indi-
cator moet oplichten).
2.
Druk op [PTN/SONG] (indicator licht op).
Het display beeldt de bank, het nummer en de naam
van de geselecteerde Song af.
Opgelet: De Preset- of Card-groep is voor Songs niet
beschikbaar.
3.
Kies met [INC][DEC] of de [VALUE]-draaischijf de
gewenste Song (U:11~U:72).
Opgelet: Voor de Song-keuze kunt u ook de BANK/NUM-
BER-knoppen [1]~[8] gebruiken.
Opgelet: Bij levering bevatten de Songs U:35~U:72 geen
data (EMPTY SONG). Als u zo’n Song probeert weer te
geven hoort u uiteraard niets.
4.
Druk op [STOP/PLAY] om de weergave te starten.
Zodra de weergave begint, beeldt het display het hui-
dige en het volgende Pattern af, net zoals bij een
“manuele” weergave. De Patterns worden automatisch
gekozen in de volgorde waarin u ze hebt opgenomen.
De naam van het Pattern wordt steeds afgebeeld in de
onderste regel van het display. De opmerkingen onder
“Kijken uit hoeveel maten een patroon bestaat op
blz. 57 en “Tempo wijzigen op blz. 57 gelden hier
ook.
5.
Druk op [STOP/PLAY] om de weergave te stoppen.
Opgelet: Tijdens de weergave van een Song kunt u geen
Patterns kiezen en ook niet naar een andere Song gaan.
Voor- en terugspoelen
Met [FWD] kunt u telkens naar het volgende patroon
in de rij springen. Met [BWD] gaat u telkens één Pat-
tern acteruit.
Door [BWD] ingedrukt te houden en op [FWD] te
drukken keert u terug naar het begin van de Song.
Opmerkingen
Songs bevatten geen noten of andere MIDI-data. Het
zijn verwijzingen naar patronen. Als u de inhoud van
gebruikte patronen wijzigt, gaan de Songs waarin die
Patterns een rol spelen ook anders klinken. Wist u alle
data van een Pattern, dan stopt de weergave zodra dat
Pattern aan de beurt is.
15.2 Song opnemen
U kunt ook zelf Songs maken door een reeks Patterns
op rij te zetten.
1.
Kies de Song die u wilt opnemen.
2.
Druk op [REC].
De indicator licht op en de opname begint.
In het display ziet u waar het Pattern terechtkomt. Als
u begint op te nemen in een nieuwe Song, is dit “1”.
3.
Kies met [INC][DEC] of de [VALUE]-draaischijf
het Pattern dat u op die plaats in de Song wilt hebben.
4.
Druk op [ENTER].
U springt nu één volgnummer verder (dat kunt u zien
in het display).
5.
Kies met [VALUE]-draaischijf het Pattern dat u op
het afgebeelde volgnummer (als u ons voorbeeld
volgt is dat “2”) wilt plaatsen en druk op [ENTER].
6.
Herhaal stap 3 en 4 tot de Song volledig is.
Zodra u de laatste Pattern hebt ingevoerd, mag u op
[STOP/PLAY] drukken om de opname te beëindigen.
Maakt u een vergissing (u voert een ongewenst Pattern
in), houd dan [SHIFT] ingedrukt en druk op [BWD]
om terug te keren naar het vorig volgnummer.
Stukken overdoen
Wilt u bepaalde Patterns in de Song aanpassen, of aan
het einde van de Song patronen toevoegen, ga dan met
[FWD] naar de plaats waar u wilt beginnen opnemen
en vervolg met de hierboven beschreven procedure.
Bank
NummerGroep
STOP / PLAY
REC
M.SCOPE