Operation Manual

22
Geluidstracks gebruiken
Het is handig om het Audio Track Mixer
scherm te gebruiken als u mix parameters wilt
bijstellen, zoals het niveau en de pan van de
acht geluidstracks.
1. Ga naar het Audio Track Mixer 1 of 2
scherm.
2. Gebruik om de cursor te
verplaatsen naar de parameter, die u
wilt bewerken.
3. Gebruik om de cursor te
verplaatsen naar de geluidstrack, die u
wilt bewerken.
fig.02-21.e
4. Draai aan de VALUE knop of gebruik
[INC][DEC] om de waarde aan te passen.
Het groene kader om de vier tracks
correspondeert met de parameter die door
de vier REALTIME CONTROL knoppen
wordt bestuurd (p.23).
Audio Track Mixer 1 scherm
De geluidstracks besturen
(Audio Track Mixer
scherm)
De geluidstrack instellingen
regelen
Geeft de naam en waarde
van de parameter waarop de
cursor zich bevindt aan.
Huidige
track
Indicatie in
het Mixer
scherm
Parameter
Level Track niveau
Stelt het volume van elke geluids-
track bij. Dit wordt hoofdzakelijk
gebruikt om de volumebalans tus-
sen geluidstracks in te stellen.
Waarde: 0–127
Pan Track Pan
Stelt de pan van elke geluidstrack
in.
‘L64’ is uiterst links, ‘0’ is midden
en ‘63R’ is uiterst rechts.
Waarde: 0-127.
Rev Track Reverb zendniveau
Past de hoeveelheid van elk signaal
dat van de geluidstracks naar de
reverb wordt gestuurd aan.
Waarde: 0-127.
Cho Track Chorus zendniveau
Past de hoeveelheid van elk signaal
dat van de geluidstracks naar de
chorus wordt gestuurd aan.
Waarde: 0–127
S Solo schakelaar
Speelt alleen de gespecificeerde
geluidstrack.
Waarde: ON, OFF
M Mute schakelaar
Zet de gespecificeerde geluidstrack
op Mute (tijdelijk stil).
Waarde: ON, OFF.