Operation Manual
21
Handige functies
NederlandsPortuguêsEspañolItalianoFrançaisDeutschEnglish
Geavanceerd bewerken van e ectparameters
Over het e ectenmenu
Door op [EFFECT] en vervolgens op [MENU] te drukken, kunt u een aantal verschillende procedures uitvoeren.
MENU-
categorie
Beschrijving Scherm
WRITE
Slaat de effectpatch
op die momenteel
wordt bewerkt (of
kopieert de huidige
patch indien onbe-
werkt).
Selecteer het
patchnummer voor
het opslaan hier
(opslaglocatie).
Druk op [ENTER]
om de effectpatch
op te slaan.
Gebruik de lin-
ker- en rechtercur-
sorknoppen en het
wiel om het effect
een naam te geven.
PATCH NAME
Wijzigt de naam
van de effectpatch.
Door op [MENU] te drukken, voert
u de volgende procedures uit.
MENU-
categorie
Beschrijving
ALL DELETE Wist alle tekens.
DELETE
Wist het teken en ver-
schuift de tekens die
volgen naar links.
INSERT
Voegt een spatie in op
de cursorpositie.
Druk op [ENTER]
om de wijziging
in te voeren.
Gebruik de lin-
ker- en rechter-
cursorknoppen
en het wiel om
het effect een
naam te geven.
EXCHANGE
Wisselt de huidige
effectpatch met
een andere patch.
Stelt het nummer
in voor het effect
dat u wilt uitwisse-
len.
Druk op [ENTER]
om effectnummers
uit te wisselen.
INITIALIZE
Stelt de effectinstel-
lingen terug in op de
fabrieksinstellingen.
Het bericht “Are you sure?” verschijnt.
• Druk op [ENTER] om terug naar de fabrieksinstellingen te gaan.
• Als u wilt annuleren, druk op [EXIT].
MEMO
De weergegeven MENU-items verschillen naargelang de gebruiksstatus (bv. het scherm dat wordt weergegeven of de locatie van de
cursor).