Operation Manual

Systeeminstellingen voor meer informatie over deze instelling. Zie voor meer informatie over het
instellen van de functie Automatische ladewisseling de handleiding Kopiëren / Document Server.
Bij het plaatsen van etikettenpapier:
Wij raden u aan gespecificeerd etikettenpapier te gebruiken.
Het is aanbevolen slechts een vel papier per keer in te voeren.
Druk op [Handinvoer] en selecteer vervolgens de juiste papierdikte bij [Papiertype].
Wanneer u OHP-transparanten plaatst:
Het is aanbevolen slechts een vel papier per keer in te voeren.
Raadpleeg Kopiëren / Document Server bij het kopiëren op OHP-transparanten.
Voor het afdrukken van OHP-transparanten vanaf de computer raadpleegt u Pag. 160 "Dik
papier, dun papier of OHP-transparanten als papiersoort instellen via het bedieningspaneel".
Waaier OHP-transparanten zorgvuldig wanneer u ze gebruikt. Hierdoor kunnen OHP-
transparanten niet samenkleven en verkeerd worden geplaatst.
Verwijder gekopieerde of afgedrukte vellen één voor één.
Bij het plaatsen van doorzichtig papier:
Bij het plaatsen van doorzichtig papier moet u altijd papier met een lange structuur gebruiken
en de papierrichting instellen volgens de structuur.
Doorzichtig papier absorbeert gemakkelijk vocht en gaat krullen. Verwijder de krul in het
doorzichtig papier voordat u het plaatst.
Verwijder gekopieerde of afgedrukte vellen één voor één.
Bij het plaatsen van gecoat papier:
Als u wilt afdrukken op gecoat papier, drukt u op de knop [Gebruikersinstellingen/Teller].
Druk vervolgens op [Instellingen papierlade] en stel bij [Papiertype] voor elke lade het
[Papiertype] in op [Gecoat papier] en stel bij [Papierdikte] de juiste papierdikte in.
Als u wilt afdrukken op hoogglanzend gecoat papier, drukt u op de knop
[Gebruikersinstellingen/Teller]. Druk vervolgens op [Instellingen papierlade] en stel bij
[Papiertype] voor elke lade het [Papiertype] in op [Gecoat pap: Glns].
Wanneer u gecoat of hoogglanzend papier wilt plaatsen, waaier het papier dan altijd uit
voordat u het plaatst.
Als zich een papierstoring voordoet of als het apparaat een vreemd geluid maakt bij het
invoeren van meerdere vellen gecoat papier, voer dan de vellen vanuit de handinvoer een
voor een in.
Als u doorlopend afdrukken op A5
, A6 , enveloppen of andere kleinere papierformaten hebt
gemaakt, moet u mogelijk een minuut wachten op aanpassingen wanneer u op een ander
papierformaat afdrukken wilt maken.
9. Papier en toner bijvullen
172