Quick Start Guide
Een bestemming opgeven
75
1
Opmerking
❒ Bestemmingen die in groepen zijn geprogrammeerd, kunnen worden ge-
controleerd met behulp van “Lijst groepkiesnrs. afdrukken” in “Systeem-
instellingen”.
❒ Wanneer een bestemming, waarvoor een faxnummer, e-mailadres of IP-
Faxbestemming niet geprogrammeerd is, wordt opgenomen in een opge-
geven groep, verschijnt het bevestigingsbericht. Druk op [Selecteren] om
bestemmingen op te geven waarvoor het faxnummer, het e-mailadres of
IP-Fax-bestemming geprogrammeerd is. Druk op [Annuleren] om de be-
stemming te wijzigen. U kunt de prioriteitsvolgorde selecteren om een al-
ternatieve bestemming op te geven, wanneer er geen bestemming van het
opgegeve type is. Voer deze instelling in met gebruikersinstellingen (scha-
kelaar 32, bit 0) in het menu Faxeigenschappen.
❒ Om eventuele bestemming(en) in de groep te annuleren, drukt u op
[Groepsbest. uitbr.] in [Modi controleren]. Vervolgens, op het stand-by-dis-
play, drukt u op [U] en [T] om de gewenste bestemming weer te geven en
daarna drukt u op de toets {Wis/Stop}. U kunt ook een verzending annule-
ren door op de gemarkeerde Bestemming-toets te drukken om deze te de-
selecteren.
Verwijzing
Pag.274 “Maximum waarden”
Bedieningshandleiding Standaardinstellingen
Bestemmingen uit Recente bestemmingen selecteren
Het apparaat slaat de laatste bestemmingen op die voor elke verzendingsmetho-
de zijn opgegeven. Met deze functie kunt u tijd besparen als u vaak berichten
naar dezelfde bestemming stuurt omdat u de bestemming niet opnieuw hoeft in
te voeren.
Belangrijk
❒ De volgende nummers worden niet ongeslagen:
• Bestemmingen opgegeven met de bestemmingslijst
• Bestemmingen opgegeven als groepsbestemming
• Faxnummers die via een externe telefoon worden gekozen
•
Bestemmingen geselecteerd uit Recente bestemmingen (worden beschouwd
als reeds opgeslagen in het geheugen)
• Tweede en uitgestelde bestemmingen waarnaar een bericht is verzonden
•
Bestemmingen opgegeven in het LAN-faxstuurprogramma op de computer










