Quick Start Guide
Bijlage
264
7
Programma’s
Als u regelmatig documenten naar dezelfde bestemming verzendt of steeds de-
zelfde instellingen voor verzending gebruikt, kunt u deze informatie opslaan in
een programma, zodat u de instellingen snel kunt oproepen. Keystroke Pro-
gramma’s kunnen gemakkelijk worden opgeroepen door op een geprogram-
meerde toets te drukken.
Keystroke-programma’s registreren en wijzigen
De volgende procedure kan worden gebruikt om een nieuw programma vast te
leggen of een oud programma te overschrijven.
U kunt de volgende gegevens in een programma opslaan:
• Geheugenverzending, Directe verzending, type verzending, bestemmingen,
Scantype, Resolutie, Scanformaat, Gem. orig. form., Autom. Bel., Handmati-
ge belichting, Orig. richting, Originele instel., Stempel, Select. Lijn, invoer
SUB/SID/SEP/PWD Code, Uitgest. verz., Ontv. Bevestiging, BCC verz., Re-
sult. e-mailverz., Tekst, Standaard bericht, Auto Verkleinen, Label invoegen,
Gesloten netwerk, SUB Code Verzending, SEP Code Ontvangst, Faxkoptekst
Afdruk., TX status rapport, Bestand opslaan
• Programmanaam
A Voer de instellingen door die u wilt registreren in het programma.
De manier van programmeren is afhankelijk van de items die u wilt registreren.
Druk op de toets {Instellingen verwijderen} om het programmeren te annuleren.
Om ene programma te registreren met Uitgestelde verzending met het faxnum-
mer, “0123456789”, drukt u op
{
0
}
,
{
1
}
,
{
2
}
,
{
3
}
,
{
4
}
,
{
5
}
,
{
6
}
,
{
7
}
,
{
8
}
,
{
9
}
met
behulp van de cijfertoetsen en gaat u vervolgens verder met het invoeren van de
Uitgestelde verzending-instelling tot het stand-by-display wordt weergegeven
wanneer u op
[
OK
]
drukt.
B Controleer of de machine in de faxmodus staat en het display “standby”
aangeeft.
Als de machine niet standby staat, drukt u op de {Fax}-toets.
C Druk op de toets {Programmeren}.
ALV006S










