Operation Manual
7
1. Het apparaat aansluiten
Dit hoofdstuk beschrijft hoe u het apparaat moet aansluiten op het netwerk en
hoe u de netwerkinstellingen moet instellen.
Aansluiten op de interfaces
Dit gedeelte legt uit hoe u de interface van het apparaat kunt identificeren en hoe
u het apparaat aansluit volgens de netwerkomgeving.
1. IEEE 1394-poorten (optioneel)
Poorten voor het aansluiten van de IEEE
1394-interfacekabel
2. USB2.0-poort
Poort voor het aansluiten van de USB2.0-
interfacekabel
3. 10BASE-T/100BASE-TX-poort
Poort voor het aansluiten van de
10BASE-T- of 100BASE-TX-kabel
4. IEEE 1284-poort (optioneel)
Poort voor het aansluiten van de IEEE
1284-interfacekabel
5. Draadloos LAN-poort (optioneel)
Poort voor het gebruik van het draadloos
LAN
Opmerking
❒ Het is onmogelijk twee of meer van de
onderstaande opties te installeren:
IEEE 1394-interfacekaart, IEEE 1284-
interfacekaart, IEEE 802.11b draad-
loos LAN.










