Operation Manual

12. Druk op [E-mailadres].
13. Voer het e-mailadres in.
14. Druk op [OK].
15. Druk op [Gebruik e-mailadres voor] en selecteer vervolgens [E-mail-/
internetfaxbestemm.] of [Alleen internetfaxbestemming].
Als [E-mail-/internetfaxbestemm.] is opgegeven, worden geregistreerde e-mailadressen
weergegeven in de weergave van internetfaxadressen en in de weergave van e-mailadressen in
het scherm met faxfuncties en in de adresweergave in het scherm met scannerfuncties.
Als [Alleen Internet faxbestemming] is opgegeven, worden geregistreerde e-mailadressen alleen
weergegeven in de weergave van internetfaxadressen in het scherm met faxfuncties.
16. Druk op [OK].
17. Als u de internetfax wilt gebruiken, drukt u op [Verz. via SMTP server] en stelt u [Aan] in.
18. Druk op [OK].
19. Druk op [Afsluiten].
20. Druk op [OK].
21. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
Een e-mailbestemming verwijderen
1. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
2. Druk op [Adresboekmanagement].
3. Druk op [Wijzigen].
Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail
111