Operation Manual
39
i
TSG-voorzorgsmaatregelen
• Mocht u bijwerkingen ervaren door het gebruik van de geluidsgenerator, zoals duizeligheid, misselijk-
heid, hoofdpijn, verminderd gehoor of grotere perceptie van de tinnitus, dan moet u stoppen met het
gebruik van de geluidsgenerator en medisch advies zoeken.
• Kinderen en mensen met een verstandelijke beperking mogen het TSG-toestel alleen onder toezicht van
een volwassene dragen.
• De volumeregelaar is een optioneel kenmerk van de TSG-module die gebruikt kan worden voor het
instellen van het outputniveau van de geluidsgenerator. Om onbedoeld gebruik door kinderen of fysiek
of mentaal beperkte mensen te voorkomen moet de volumeregelaar zo geconfigureerd worden dat het
outputniveau bij hen alleen verlaagd kan worden.
i
TSG-waarschuwing voor audiciens
Een audicien moet een mogelijke gebruiker direct doorverwijzen naar een bevoegd arts (bij voorkeur een
oorspecialist) voordat het toestel aangepast wordt als de audicien via ondervraging, observatie of inzien van
andere beschikbare informatie over de mogelijke gebruiker besluit dat de gebruiker een van de volgende
aandoeningen heeft:
(i) Zichtbare aangeboren of traumatische misvorming van het oor.
(ii) Geschiedenis van een loopoor in de afgelopen 90 dagen.
(iii) Geschiedenis van plotseling of snel voortschrijdend gehoorverlies in de afgelopen 90 dagen.
(iv) Acute of chronische duizeligheid.
(v) Eenzijdig gehoorverlies dat plotseling of onlangs is ontstaan in de afgelopen 90 dagen.
(vi) Audiometrisch air-bone gap gelijk aan of groter dan 15 dB bij 500 Hz (hertz), 1000 Hz en 2000 Hz.
(vii) Zichtbaar bewijs van aanzienlijke ophoping van oorsmeer of een vreemd object in de gehoorgang.
(viii) Pijn of oncomfortabel gevoel in het oor.