User manual
55
11. Verhelpen van storingen
U heeft met dit apparaat een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ontwik-
keld en veilig is in het gebruik.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen.
Daarom wordt hieronder beschreven hoe eventuele storingen kunnen worden verholpen:
Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht!
Geen functie nadat het apparaat werd ingeschakeld:
• Denetstekkerzitnietgoedindecontactdoos.
• Hetnetsnoerzitnietgoedindenetaansluitingvanhetapparaat.
• Decontactdooswordtnietvanstroomvoorzien.
• Dezekeringisgesmolten.Vervangdeze.Alsdezekeringopnieuwspringtwordt,brengdanhetapparaat
voor reparatie naar een speciaalzaak.
Er volgt geen reactie op DMX-bevelen:
• Deblackout-modusaandeDMX-controllerisgeactiveerd.
• HetDMX-adresisverkeerdingesteld.
• DeverbindingtussenDMX-controllerenhazerisonderbroken.
• DeDMX-leidingistelangofwordtgestoord.GebruikeenspecialeDMX-hoogfrequentieleiding.Probeer
om de DMX-leiding van stoorbronnen verder weg te leggen.
• DepolariteitvandeDMX-aansluitingenaandeDMX-controllerendehazerverschillen.
• ProbeerindienmogelijkeenandereDMX-controller.
Tijdens het bedrijf is plots geen neveluitstoot meer mogelijk:
• Hetapparaatwarmtna.Alshetnaverwarmenafgeslotenis,werkthetapparaatopnieuw.
• Hetapparaatheeftgeencontactmeermetdevoeding.Controleerdecorrecteverbindingendespanning
van het stopcontact.
• Detankisleegendepompheeftzichdaaromautomatischuitgeschakeld.Vulmetnevelvloeistof.
Het apparaat nevelt ondanks het uitgeschakelde nevelen resp. na het uitschakelen/loskoppelen nog kor-
te tijd na:
• Ditisgeendefect.Derestvandezichnogindemistuitgangbevindendemistvloeistofverdampt.
Andere reparaties zoals hiervoor omschreven mogen alleen door een geautoriseerde vakman
worden uitgevoerd.