User manual

52
9. Bediening
Trek steeds eerst de stekker uit het stopcontact voordat u de tank vult.
Giet nooit brandbare vloeistoen in de tank en voeg nooit brandbare vloeistoen toe aan de
vloeistof. Gebruik uitsluitend geschikte nevelvloeistoen op waterbasis (geschikte vloeistoen
vindt u op het internet op de productpagina onder „Accessoires“).
Kantel het apparaat nooit om. De vloeistoen kunnen dan lekken of in het inwendige van het
apparaat komen en daar schade veroorzaken, of gevaar veroorzaken voor de gebruiker.
Let er bij het vullen met vloeistof op, dat er geen vocht in het binnenste van het apparaat komt.
Dit kan leiden tot schade aan het apparaat en levensgevaarlijke elektrische schokken veroorz-
aken.
Het DMX-bedrijf heeft altijd voorrang op het manueel bedrijf. Van zodra een DMX-signaal aan-
wezig is, is de manuele modus gedeactiveerd en de betrokken functie aan het apparaat gedeac-
tiveerd.
Let er op dat de tank tijdens de werking nooit leeg raakt. Als dit toch gebeurt, schakelt de pomp
zichautomatischuit.SchakelhetapparaatonmiddellijkuitmetdenetschakelaarON/OFFenlaat
afkoelen.
Vul de tank pas terug nadat het apparaat is afgekoeld. Het vulpeil van de tank kunt u zien aan de
hand van de tankvulpeilindicator op de zijkant van het apparaat.
Een licht nanevelen na het uitschakelen/loskoppelen van het apparaat is normaal, en wijst niet
op een defect.
Trek als u het apparaat niet meer nodig heeft de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat
afkoelen.
Ledig daarna de tank. Hierdoor wordt een uitlopen van de vloeistof tijdens het transport of de
opslag vermeden.
a) In bedrijf nemen
• Controleerdatdestekkernietinhetstopcontactzit.
• Schroefdetankdopaf,envuldetankmetmistvloeistof.Hetvulpeilkanaandezijkantvandetankvulpei-
lindicator worden afgelezen.
• Schroefdetankdopterugvast.
• Steekdestekkerineenstopcontactmetrandaarde.
• SchakelhetapparaatmetdenetschakelaarinON/OFF.Bijingeschakeldapparaatlichtdenetschakelaar
op, en warmt het apparaat op.
• Hetopwarmenduurtongeveer3-4minuten.TijdensditprocesgeefthetschermWARMINGUPweer.
• Wanneerhetapparaatzijnbedrijfstemperatuurnietheeftbereikt,toonthetschermREADYHAZEenis
het apparaat gebruiksklaar.
• Aandeneveluitgangbevindtzicheenverstelbaarluchtstroomrichterdiedeuitstootrichtingvandenevel
beïnvloedt. Stel de luchtstroomrichter in nadat u de zijdelingse kartelschroef naar wens hebt ingesteld.