User manual

50
Keuring van de installatie (bij commercieel/openbaar gebruik):
Vóórdeeersteingebruiknemingennaingrijpendewijzigingendientdeinstallatie(metinbegrip
van de elektrische aansluiting) door een deskundige gecontroleerd te worden.
De installatie moet een keer per jaar door een deskundige gecontroleerd worden.
Minstens om de 4 jaar moet een keuringsproef door een deskundige worden uitgevoerd.
• Stelhetapparaatalleenop,rekeninghoudendmetdebovenstaandeveiligheidsaanwijzingen.
• Anderskanhetapparaatookmetdemontagebeugelwordenbevestigd.
• Zorghierbijsteedsvooreenloodrechteopstelling.
8. Aansluiten
a) Aansluiting van een DMX-controller
Het toestel is uitsluitend bedoeld voor aansluitingen op DMX-controllers met DMX-512-proto-
col.
• VerbinddeaansluitingDMXINmetdeuitgangvandeDMX-controller.
• GebruikhiervooreenafgeschermdeXLR-kabel.Decontrollermoetover3vrijebesturingskanalenbe-
schikken.
• VerbinddeaansluitingDMXOUTmetdeDMX-ingangvanhetnavolgendeapparaat(indienaanwezig).
• Alsdehazerhetlaatsteof hetenigeapparaatindeDMX-kettingis,danplaatstuindeaansluiting
DMXOUTeenstekkermeteen120Ohm/0,25W-afsluitweerstand(tussenpen2enpen3).
Bedrading van de DMX-aansluiting: Pen 1 = massa / Pen 2 = (-) / Pen 3 = (+).