User manual

69
• Monteerhiervoordemontagebeugelmetdebeideschroevenaandebodemplaatenbevestighetlichtef-
fect met behulp van een geschikte traverseklem aan het traversesysteem. Gebruik uitsluitend montage-
materiaal dat geschikt is voor het montage-oppervlak en de belasting van het lichteect kan dragen.
• Hetapparaatmagnooitzonderbeugelwordengemonteerd.
• Beveiligdemontagebovendienmeteengeschikteveiligheidsvangkabelofeenvangnet.Deveiligheids-
vangkabel resp. het vangnet moet onafhankelijk van de hoofdbevestiging, het lichteect in geval van een
fout bij de hoofdophanging kunnen houden.
Voor de montage van een oog voor de aansluiting van een veiligheidsvangnet is in de basisplaat
van de behuizing een schroefdraad voorzien.
• Leterop,datdeprojectorkopvanhetlichteectvrkanbewegen;hmagnergenstegenaanstotenen
niet geblokkeerd worden.
9. DMX-aansluiting
Er kunnen max. 32 toestellen in een DMX-ketting worden opgenomen, omdat anders de control-
ler wordt overbelast.
De maximale totale lengte van de DMX-ketting mag 500 m niet overschrijden.
gebruik van XLR-microfoonkabels kan het tot storingen in de DMX-signaaloverdracht ko-
men. Gebruikt u in dit geval speciale DMX-hoogfrequentieleidingen.
a) Aansluiting van een DMX-controller
Het toestel is uitsluitend bedoeld voor aansluitingen op DMX-controllers met DMX-512-
protocol.
• VerbinddeaansluitingDMXINmetdeuitgangvandeDMX-controller.
• Decontrollermoetover13vrebesturingskanalenbeschikken.
• VerbinddeaansluitingDMXOUTmetdeDMX-ingangvanhetnavolgendeapparaat.
• GametalleandereapparatenvandeDMX-kettingopdezelfdemaniertewerk.
• AlshetlichteecthetlaatsteofhetenigeapparaatindeDMX-kettingis,danplaatstuindeaansluiting
DMX OUT een XLR-stekker met een 120 Ohm/0,25 W-afsluitweerstand (tussen pen 2 en pen 3).